PREMIUM
Zo werkt het immuunsysteem: “Als we gelukkig, blij of positief zijn, herstellen we sneller van infecties”
Met een pandemie in volle gang is ons immuunsysteem een hot topic. Een goede weerstand is tenslotte een belangrijk wapen tegen infectieziektes. Maar hoe werkt het en wat kunnen we zelf doen om het zo optimaal mogelijk te laten functioneren?
Het immuunsysteem vecht tegen alles wat een gevaar vormt voor de gezondheid. Bacteriën, virussen en schimmels bijvoorbeeld, maar ook vreemde stofjes in de voeding of de lucht. Het werkt razendsnel: als je bijvoorbeeld overgevoelig bent voor schaaldieren, kun je binnen een paar seconden een heftige reactie krijgen. Slaat een verkoudheid toe, dan kun je je het ene moment nog kiplekker voelen en een dag later snuit je zakdoekjes vol. Het niesen en het slijm zijn niet het werk van het verkoudheidsvirus, maar van het immuunsysteem dat overuren draait om het virus het lichaam uit te werken.
Immuunsysteem
De afweer zit niet op één plek in het lichaam, maar bestaat uit verschillende onderdelen die samenwerken: de huid en slijmvliezen van neus, keel, longen en darmen. Verder zijn de amandelen, de lymfeklieren, lymfevaten, de zwezerik (thymus) en de milt erbij betrokken. Witte bloedcellen (leukocyten en lymfocyten) vormen een belangrijk onderdeel van het immuunsysteem. Deze worden gemaakt in het beenmerg en zweven continu door het bloed om ongeregeldheden op te sporen. Daarnaast zijn er antistoffen die gespecialiseerd zijn in het herkennen van ziekteverwekkers. Die specifieke afweer moet zich gedurende een mensenleven nog ontwikkelen.
Weerstand opbouwen
Als een baby wordt geboren, krijgt het een aangeboren afweer mee in de vorm van antistoffen die tijdens de laatste drie maanden van de zwangerschap afkomstig zijn van de moeder (via de placenta). En via de moedermelk krijgen baby’s ook helpende stoffen binnen (immunoglobulinen). Toch zijn baby’s kwetsbaar, omdat hun afweer nog niet volgroeid is: het immuunsysteem moet nog veel leren. Die training vindt vooral plaats in de darmen. Tijdens de eerste drie jaar vestigen zich daar meer dan duizend verschillende bacteriesoorten, die een cruciale rol spelen in de aanleg van het immuunsysteem. De eigen immuniteit begint zich te ontwikkelen vanaf ongeveer drie maanden, wanneer de baby in contact komt met bijvoorbeeld, virussen, parasieten, gisten en schimmels. Het lichaam maakt dan antistoffen en afweercellen aan tegen die specifieke indringers. En na de eerste keer onthoudt het immuunsysteem hoe het deze ziekteverwekkers moet aanpakken.
Ook leert het immuunsysteem wanneer het zich koest moet houden: bij het eten van voedzame producten bijvoorbeeld, zoals melk, bananen of pinda’s. Ontstaat er verwarring tijdens dit leerproces, dan kan zich een allergie ontwikkelen. Waarom dat bij de een wel gebeurt en bij de ander niet is niet duidelijk, maar het lijkt erop dat kinderen uit grote boerengezinnen minder vaak een allergie hebben dan stadse kinderen uit kleine gezinnen. Omgeving en contact met bacteriën spelen dus een belangrijke rol.
Immuunsysteem in actie
Het immuunsysteem is vooral ’s nachts druk met herstelwerk
: het ruimt dan de rommel op die we overdag hebben verzameld, zoals ongewenste bacteriën. Het afweersysteem heeft letterlijk rust nodig om zijn werk goed te kunnen doen. Als het immuunsysteem infecties opruimt, krijg je ontstekingsverschijnselen zoals koorts, zwellingen, roodheid, pijn of een grieperig gevoel. Natuurlijk is het niet echt comfortabel om koorts te hebben, maar onderzoek laat zien dat die hogere lichaamstemperatuur het immuunsysteem juist helpt om harder te vechten. Hoge koorts blijft natuurlijk gevaarlijk: als de lichaamstemperatuur oploopt tot boven de 40 graden kunnen ernstige complicaties ontstaan (hoge koorts kan onder andere de hersenen en andere organen in de war sturen en beschadigen). Maar zolang dat niet het geval is, kun je koorts beter niet remmen met paracetamol of ibuprofen.
Leeftijd
Tijdens ons leven wordt het geheugen van het immuunsysteem zo af en toe bijgewerkt: bij een infectie of een vaccinatie. Naarmate we ouder worden, raakt dit geheugen in verval en neemt de kans toe dat het steken laat vallen. Daarom heeft iemand van negentig een grotere kans te overlijden aan corona of een longontsteking als gevolg van griep, terwijl iemand van veertig diezelfde ziektes meestal moeiteloos verslaat. Om dezelfde reden slaat kanker vaker toe bij ouderen. Het immuunsysteem herkent de ontspoorde lichaamscellen (kankercellen) niet meer en ruimt ze niet meer op.
Griepje te pakken
In het najaar en de winter is de kans om een griepje op te lopen groter dan in de zomer. Het griepvirus gedijt bij lage temperaturen en lage luchtvochtigheid. Maar er is meer aan de hand waardoor we juist dán ten prooi vallen aan de griep, schrijft de Italiaanse immunoloog Jenna Macciochi in haar boek De kracht van immuniteit.: ‘De dagen zijn kouder en korter, dus we brengen meer tijd binnenshuis door en hebben een grotere kans dezelfde lucht in te ademen als iemand die besmet is. Het gebrek aan zonlicht leidt tot een laag vitamine D-gehalte, wat het voor het immuunsysteem bemoeilijkt om het virus te bestrijden.’ Niet voor niets maken virologen en artsen zich zorgen over hoe het coronavirus zich komend najaar zal gaan gedragen.
Vrouwen blijken overigens minder vaak en minder ernstig ziek te worden van het coronavirus dan mannen. En corona is niet de enige infectieziekte waarbij vrouwen in het voordeel zijn: hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld griep en verkoudheid. Die sterke afweer heeft wel een prijs: vrouwen hebben drie keer zoveel kans om een auto-immuunziekte te krijgen. Een auto-immuunziekte ontstaat als er bij het opruimen van lichaamseigen cellen iets verkeerd gaat, waardoor het immuunsysteem zich tegen het lichaam zelf keert. Voorbeelden van auto-immuunziektes zijn de ziekte van Crohn, reumatoïde artritis en multiple sclerose.
Het ideale vetpercentage
Lichaamsvet is nodig om het immuunsysteem van energie te voorzien. Daarom is te mager worden geen goed idee. Maar te zwaar zijn is ook weer niet goed: dan vormt het lichaamsvet een bron van zogeheten stille ontstekingen. Deze ontstekingen vergroten de kans op diabetes type 2, hoge bloeddruk, te hoog cholesterol en hart- en vaatziektes. Ze verstoren ook de werking van het immuunsysteem. Het ideale vetpercentage ligt bij vrouwen tussen 18 en 28 procent, bij mannen op 10 tot 20 procent. Ook spieren vormen een belangrijke schakel in de afweer: spierweefsel kan ontstekingen aanwakkeren en afremmen, afhankelijk van wat nodig is. Het bibberen dat hoort bij koorts, wordt opgewekt door de spieren. Daarom is het belangrijk om de spieren regelmatig te trainen. Mensen die voldoende bewegen hebben sowieso een betere afweer dan bankhangers: door 30 tot 45 minuten per dag aan beweging te doen (bijvoorbeeld hardlopen, fietsen of wandelen) ben je de helft minder bevattelijk voor griep en verkoudheid dan mensen die minder actief zijn.
Stress-effect
Als we gelukkig, blij of positief zijn, herstellen we sneller van infecties, vertelt Macciochi in haar boek. Maar gaan we langdurig gebukt onder stress, dan onderdrukt stresshormoon cortisol het immuunsysteem. Het lichaam geeft dan voorrang aan andere functies, zoals hartslag en bloeddruk. Als dat van korte duur is, is dat geen probleem. Maar langdurige stress maakt gevoeliger voor infecties: niet voor niets speelt een koortsblaar of allergie vaak op in als je stress hebt.
Op hol
Het coronavirus verloopt bij veel patiënten zo ernstig omdat het immuunsysteem ‘op hol slaat’ en daardoor schade aanricht in onder andere de longen, de lever en het hart. Het lijkt er bovendien op dat we niet langdurig immuun zullen zijn voor corona, maar dat het mogelijk is om er vaker mee besmet te raken. Daarnaast verandert het virus zo snel dat een vaccinatie – als die er komt – net als het griepvaccin regelmatig zou moeten worden herhaald. Wetenschappers leren het coronavirus gelukkig steeds beter kennen. Er zijn aanwijzingen dat vaccinatie tegen bof-mazelen-rode hond (BMR) of tuberculose (BCG) ook gedeeltelijk beschermt tegen de ernstige gevolgen van corona. Dit zou een van de redenen kunnen zijn dat jongeren en kinderen er minder last van hebben: zij hebben die vaccinatie als kind gehad. Op dit moment doen de Radboud Universiteit en het UMC uitgebreid onderzoek naar de werking van het BCG-vaccin bij corona. De resultaten zijn waarschijnlijk na de zomer bekend.
9 tips voor een sterk immuunsysteem
- Zorg voor goede nachtrust en ontspanning.
- Gebruik alleen antibiotica als het echt nodig is; ze helpen niet tegen virussen, maar elk ‘kuurtje’ is wél een aanslag op de darmflora.
- Vezels zijn voer voor de goede bacteriën in de darm. Eet veel groente (vooral prei, uien en witlof), fruit, bonen, havermout en paddenstoelen.
- Gefermenteerde producten en probiotica bevatten gunstige bacteriën die de darmflora kunnen ondersteunen. Denk aan yoghurt(drankjes), kefir en zuurkool.
- Voldoende vitamine D is noodzakelijk voor de afweer. Slik vanaf de herfst tot en met de lente vitamine D.
- Het sporenelement zink is belangrijk voor het immuunsysteem. Eet voldoende producten die rijk zijn aan zink, zoals bonen, granen, zuivel en zeevruchten (mosselen, krab).
- Beweeg dertig tot 45 minuten per dag.
- Doe twee keer per week spierversterkende oefeningen.
- Ga zwemmen als het kan, liefst in koud water. Of neem wisseldouches.
Tekst: Hanny Roskamp. Beeld: iStock.