null Beeld

PREMIUM

Dagboek van Anne-Wil: “‘Een broodjeszaak, goeie grap, ik was er bijna ingetrapt’, lacht Han”

Han weet niet of hij Anne-Wil moet geloven als ze vertelt dat ze een baan heeft gevonden.

Anne-Wil

Donderdag

De blik van Han toen ik hem vertelde dat ik bij een broodjeszaak ga werken... Zijn mond zakte langzaam open en hij knipperde even met zijn ogen. Ik schoot in de lach. Veel tekst had Han niet: “Een bróódjeswinkel?” “Ja, ik ga broodjes smeren. Net als die twee beren”, zei ik opgewekt. Han lachte opgelucht. “Goeie grap, Anne-Wil, ik was er bijna ingetrapt.” “Dinsdag begin ik”, zei ik. “Het is weer net als in de boetiek: op zaterdag werken en de maandag vrij. Enne... ik hoef geen lunchpakket mee te brengen, zei Sjoerd ook nog.” “Sjoerd?” herhaalde Han. “De baas van de broodjeswinkel. Mijn baas. Ik kies mijn lekkerste broodje uit voor de lunch. We hebben echt heerlijk beleg: krabsalade, allerlei soorten kaas, heerlijke lever... Kroket kan ook, maar daar zorgt weer iemand anders voor. We kunnen er dit weekend wel even naartoe gaan. Het is echt een gezellige zaak, het heeft de sfeer van een dorpscafé. We hebben ook allerlei lekkere drankjes.” “We?” herhaalde Han. “Waarom herhaal je steeds alles wat ik zeg?” vroeg ik. “Oké”, antwoordde Han. “We gaan nu aan de keukentafel zitten en jij gaat mij precies vertellen wat er aan de hand is, want ik begrijp er helemaal niets meer van.” Ik haalde mijn schouders op. “Mij best. Wat is er nou zo moeilijk aan een broodjeszaak?”

Zaterdag

Voorlopig mijn laatste vrije zaterdag. Het geeft een vreemd gevoel van opwinding om dinsdag weer aan het werk te gaan. Eindelijk weer een beetje leven in mijn leven! Dinsdag is het precies een week geleden dat ik met mijn buurvrouw Carolien bij de Happy Corner zat en met de baas in gesprek raakte over zijn personeelsproblemen. Ook Carolien had stomverbaasd gereageerd toen ik vertelde dat ik wel broodjessmeerder van beroep wilde worden. Nou ja, natuurlijk behelst die job meer: bediening, bijvoorbeeld. Die broodjes belanden natuurlijk niet vanzelf bij de gasten. Enfin, Sjoerd blij én ik blij. Alleen al de gedachte dat er weer een reden is om ’s ochtends op tijd op te staan, pept me op.

Ik trek een warm jack aan en haal mijn fiets uit het schuurtje. Een half uurtje later zit ik bij Anja aan tafel. Ze is mager geworden en in haar ogen zie ik intens verdriet. Mijn lieve schoonzus... Tijd heelt alles, zeggen ze. Ik geloof daar niet in, dat is té makkelijk gezegd. Ik weet dat het eerder zo is dat tijd je leert met een groot gemis om te gaan, je leert wennen aan de lege plek die ooit werd ingenomen door een geliefde.

We drinken koffie en Anja vertelt dat ze gaat verhuizen. “Wat moet ik hier nog in mijn eentje?” Even voel ik me gepasseerd, Han en ik zijn er toch ook nog? Maar als ze vertelt dat ze in de buurt van haar dochters gaat wonen, kan ik niet anders dan haar gelijk geven. Toch doet het pijn. Het voelt alsof samen met haar ook Jaap weer een beetje verder van mij af raakt.

Meer lezen van Anne-Wil? Dat kan hier!

Anne-Wil heeft twee kinderen, zes kleinkinderen, is getrouwd met Han en heeft momenteel geen werk.

Op alle verhalen van Libelle rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@libelle.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden