PREMIUM
Dagboek van Anne-Wil: “Ineens zie ik mezelf zoals Wil me ziet: een verhitte oma met plastic muts”
Het is druk op het werk van Anne-Wil. Ze moet in haar eentje veel doen. Maar de werkdag wordt plots wat leuker wanneer Manon en Willeke langskomen.
Donderdag
Vanaf twaalf uur stroomt de broodjeszaak altijd vol. Ik zie elke werkdag veel dezelfde mensen binnenkomen, ze werken in de buurt. Nu het kleine terras aan de voorkant van de zaak weer open is, komen ze nog iets eerder als de zon schijnt, in de hoop een plekje buiten te bemachtigen, volgens Sjoerd. Terwijl ik broodjes smeer, kan ik naar onze gasten kijken. De open keuken is één van de leuke dingen hier. Ik heb al romances zien ontstaan, zo leuk! Net als ik een paar borden met broodjes gezond aan Sjoerd geef, valt mijn blik op Manon en Willeke. Op hetzelfde moment kijkt Wil mijn kant op. Ineens zie ik mijzelf door haar ogen: haar oma met een verhit gezicht van de drukte en een onelegante plastic muts op haar hoofd. Ik zie dat ze haar best doet niet in lachen uit te barsten. Ze stoot Manon aan, die nu ook kijkt, terwijl haar mond een eindje open zakt. Ze zwaait. Willeke staat op en komt naar me toe. “Hi oma, hoe…” “Wacht even”, zeg ik. Ik check het briefje dat Sjoerd bij me heeft neergelegd en zeg: “Harry, twee keer kroket, één keer bitterballen. Rita, de gekookte eieren zijn bijna op.” Terwijl ik een door Rita doorgesneden broodje openklap en van boter voorzie, zeg ik: “Wat leuk dat jullie er zijn, Wil.” “Je bent duidelijk druk, ik spreek je later wel.” Willeke draait zich om en loopt weer naar Manon.
Als ik ’s avonds na het eten met Han aan de koffie zit, belt ze. “Echt een superleuke tent waar je werkt. Maar moet je serieus in je eentje voor al die mensen broodjes klaarmaken?” “Ja”, antwoord ik. “Eigenlijk zouden we het met z’n tweeën moeten doen, maar er is bijna niet aan personeel te komen.” “Als je dan ook maar dubbel wordt betaald”, zegt ze opgewekt.
Vrijdag
Ik leid een alledaags bestaan. Ik heb mijn werk, en daar heb ik het naar mijn zin. Ik heb mijn leven met Han, de kinderen, kleinkinderen, en dingen die thuis moeten worden gedaan. Tussen de bedrijven door geniet ik ervan om met mijn handen in de aarde te wroeten en de geur van de lente op te snuiven in onze tuin. Sinds de oorlog in Oekraïne koester ik mijn o zo normale leven meer dan ooit. Ik denk aan al die mensen die op de vlucht zijn geslagen. Die hun hele leven kwijt zijn, huis en haard hebben achtergelaten, niet wetend of ze er ooit nog zullen terugkeren. Wat zou ik meenemen als ik op stel en sprong mijn huis uit zou moeten? In gedachten loop ik door mijn huis, maar niets wat mij dierbaar is kan mee. Ik probeer me voor te stellen hoe het voelt om afscheid te nemen van mijn thuis, de plek waar ik gelukkig ben en me veilig waan. Ik realiseer me dat ik alleen nuttige zaken kan meenemen. Kleding, wat medicijnen misschien, een warme jas, stevige schoenen… En toch ook maar de ingelijste babyfoto’s van Manon en Bart. Hoe zou het voelen om de deur voor de allerlaatste keer achter me dicht te trekken?
Meer lezen van Anne-Wil? Dat kan hier!
Anne-Wil heeft twee kinderen, zes kleinkinderen, is getrouwd met Han en werkt in een broodjeszaak.