PREMIUM
Dagboek van Anne-Wil: “Kennelijk zeg ik steeds vaker dingen die Han niet begrijpt”
Han en Anne-Wil hebben steeds vaker een discussie.
Dinsdag
“Wat zit je haar plat”, zegt Han als ik een dampende ovenschotel op tafel zet. “Ja, dat krijg je als je de hele dag een plastic muts op je hoofd hebt.” “Een plastic muts?” herhaalt Han. Dat herhalen van hem is iets van de laatste tijd. Kennelijk zeg ik steeds vaker dingen die hij niet begrijpt.
“Waar heb je een probleem mee?” vraag ik vriendelijk. Ik pak ondertussen de servetjes uit de la. “Met plastic of met muts?” “Ik had me nog niet gerealiseerd dat jij met een múts op broodjes staat te smeren”, antwoordt hij. “Verder heb ik ook plastic handschoentjes aan. Van die dunne weggooidingen, die een gynaecoloog ook gebruikt. O nee, dat weet jij natuurlijk niet, je bent een man.” We gaan tegenover elkaar aan tafel zitten. “Ik vind het moeilijk om me jou zo voor te stellen”, zegt Han. “Dat komt doordat je nog niet de moeite hebt genomen om even te komen kijken”, zeg ik. “Manon en Bart zijn ook nog niet langs geweest. Ik begin me af te vragen of het gênant is om broodjes te smeren.” “Dat is het niet, maar je kan zo veel meer, Anne-Wil”, zegt Han. “Wat dan allemaal?” wil ik weten. “Je weet best wat ik bedoel”, zegt Han.
Ik leg mijn bestek neer. “Ik begin langzamerhand een idee te krijgen, ja”, zeg ik. “Wat jij bedoelt is dat ik niet ambitieus ben. Dat ik er geen interesse in heb om iets te bereiken. En weet je? Daar heb je heel erg gelijk in. Ten eerste ben ik te oud ben om in wat dan ook nog een carrière op te bouwen. Ten tweede heeft een carrière mij nooit iets kunnen schelen. Ik heb het altijd belangrijk gevonden dat ik mijn eigen geld verdien, en dat vind ik nog steeds. Dat doe ik dan graag ergens waar ik me op mijn gemak voel, met mensen om me heen met wie ik het goed kan vinden. Daarbij denk ik niet dat ik jarenlang broodjes blijf smeren, ik help alleen iemand die omhoog zit. Sjoerd heeft dringend iemand nodig en ik heb het minstens zo dringend nodig om weer iets te doen te hebben. Zo simpel liggen die dingen soms! Nu we het er toch over hebben: zou je alsjeblieft willen ophouden met dat gezanik over wat ik doe, want daar word ik heel erg moe van.”
Ik pak mijn mes en vork weer op. “Tjonge…”, zegt Han. “Tjonge jonge…” “Precies!” zeg ik. “Dat is nou precies wat ik bedoel.”
Woensdag
Ik heb na mijn werk met Anja afgesproken om ergens een hapje te eten. Ik was een beetje verbaasd toen ze het opperde. Dat hoorde ze blijkbaar aan mijn stem. “Ik kan hier niet de hele dag zitten, Anne-Wil. Het huis lijkt ineens zo groot zonder Jaap. Ik ben nooit bang geweest om alleen te zijn, maar nu heb ik een hekel aan de nacht. Je hebt geen idee hoeveel geluiden er in een huis zijn, tot je erop gaat letten. Krakende planken, getik van de verwarming, geluiden waarvan ik géén idee heb waardoor ze worden veroorzaakt. Ik was zo blij toen we dit huis kochten en nu… ik zou er het liefst vandaag nog uit willen.”
Meer lezen van Anne-Wil? Dat kan hier!
Anne-Wil heeft twee kinderen, zes kleinkinderen, is getrouwd met Han en werkt in een broodjeszaak.