PREMIUMColumn
Agnes: “‘Ik was 19 en zij was 31,’ zei zoon T.”
De zoon van Agnes biecht een geheim op en dat steekt haar.
Hoofdschuddend zat ik op de bank. Ik wilde wel boos worden, graag zelfs, maar ik wist eigenlijk niet of het helemaal redelijk zou zijn. Volgens zoon T. niet, maar hij was de boosdoener en dus niet helemaal objectief.
Het zit zo: T. en ik zaten tot ongeveer negen minuten daarvoor heerlijk relaxed op de bank te kletsen, met een schaal mandarijnen uit de tuin van de buurvrouw op schoot. We haalden herinneringen op aan onze tijd in Thailand vijf jaar geleden, vlak voordat we naar Portugal vertrokken.
Ik huurde daar voor mezelf een appartement, T. woonde en werkte in een populair hostel. Hij was gestopt met zijn studie en ging daar op zoek naar zijn passie, terwijl ik die tijd gebruikte voor eat, pray, love. We zagen elkaar bijna iedere dag wel even; in de supermarkt, op mijn balkon of op een uitgaanspleintje, aangezien onze favoriete café’s praktisch naast elkaar stonden. “Gek eigenlijk, dat ik nooit in jouw kroeg ben geweest”, zei ik. “Nee, dat was een beetje ongemakkelijk geweest”, antwoordde T. “Ik had toen een vriendin en jij wist dat niet.”
T. schrok er zelf ook van, dat hij het er zo uit floepte. Van schrik liet ik een paar schillen op de grond vallen. Nee, ik lieg: ik smeet er van woede een paar op de grond. Niet omdat hij blijkbaar een vriendin had, maar omdat hij me dat dus bewust niet had verteld. Sterker nog, de ploert had het voor me verborgen gehouden.
Ik wist wel dat hij regelmatig op date ging, vaak ook op tweede, derde en vierde date, maar een stiekeme vriendin? Een geheime relatie? Ik was diep gekwetst. Te gekwetst om een woord uit te brengen.
Vriendinnen maakten vroeger altijd grapjes: dat ik ‘later’ een vreselijke schoonmoeder zou zijn, omdat T. en ik zo close zijn. Wat een onzin vond ik dat. Ja, ik ben bezorgd en beschermend. Misschien een beetje te, aangezien ik een single moeder ben en hij mijn enige kind is. Maar ik wil alleen het beste voor mijn zoon. Welke moeder wil dat niet?
“Jouw geluk gaat boven alles, liefje”, fluisterde ik, met een brok in mijn keel. “Je had het me gewoon kunnen vertellen.” Nu was het T.’s beurt om met zijn hoofd te schudden. “Nee mam”, zei hij beslist. “Want jij wil niet alleen het beste voor me, maar ook bepalen wat goed voor me is.”
Ik probeerde tegen te sputteren, maar T. wilde er niets van weten. “Als je per se de waarheid wil horen: ik was 19 en zij was 31. En ik weet hoe je daarover denkt. Heb je daar zelfs niet een keer over geschreven, over André Hazes junior en zijn veel oudere vriendin? Je was op basis van je vooroordelen compleet uit je plaat gegaan”, meende hij. Ik probeerde dat met veel armgebaren te ontkennen, maar de tranen biggelden over mijn wangen. “Gaat het?” vroeg T. bezorgd. Ik schudde mijn hoofd. Nee, natuurlijk niet.
Ik was te veel in shock om vragen te stellen, dus T. begon uit zichzelf te vertellen. Dat ze een collega was, die ook in het hostel woonde en werkte. Ze zag er veel jonger uit, en ze hadden het leuk. Gezellig. Vijf maanden lang. “Wat had je gedaan, als ik het je toen had verteld?” vroeg hij. “Had je er een ding van gemaakt? Was je op haar afgestapt?”
T. keek me aan, met zijn grote bruine ogen. Hij had zich kwetsbaar opgesteld en verdiende de waarheid, hoe moeilijk ik het ook vond om toe te geven. Dus ik knikte. Ja, waarschijnlijk had ik er inderdaad een heel drama van gemaakt. “En dan was ik door jouw hysterie die leuke ervaring waarschijnlijk misgelopen”, zei T. rustig. “Want het was juist zo fijn, omdat het ongecompliceerd was. Geen gedoe, geen beloftes en geen verplichtingen.”
Verdorie, dacht ik. Wat volwassen. “Ga je hierover schrijven in je column? Je rijpere lezeres kan dit vast waarderen”, vroeg hij met een knipoogje. Ik glimlachte als een boerin met kiespijn, stond op om de mandarijnenschillen van de grond te rapen en liep de woonkamer uit.
Natuurlijk ben ik blij voor hem dat hij zo’n fijne relatie heeft gehad. En ik begrijp wel waarom hij destijds niets heeft gezegd, al steekt het behoorlijk. Vooral omdat het helemaal aan mezelf ligt: ik gun T. de wereld, maar inderdaad, het liefst mijn wereld. Of nou ja, de wereld die me voor hem het geschiktst lijkt. Dat is niet goed, gezond of realistisch. En als ik echt deel wil uitmaken van zijn leven, zal ik meer moeten accepteren en vooral moeten loslaten. Maar verdorie, hoe dan?
Agnes Hofman (43) is lifestyle journalist met Nederlandse en Braziliaanse roots. Ze woont in Lissabon met T., haar zoon van 23 en hun asielhondje Nacho. Ze schrijft voor Libelle over haar leven, loslaten en gelukkig(er) worden.