null Beeld

PREMIUM

Dagboek van Anne-Wil: “Han vraagt waar ik van droom”

Han komt Anne-Wil op haar werk nieuws brengen over de erfenis van zijn oom Helmut.

Tineke Beishuizen

Zondag

Vertederd kijken Bart en ik toe hoe Kjeld op de grond geconcentreerd aan het spelen is met de legopoppetjes van oom Helmut. Zonlicht schijnt op zijn blonde haartjes, waardoor het wel van goud lijkt gesponnen. “Hij lijkt op jou”, zeg ik. “Jij kon je vroeger ook zo goed in je eentje vermaken. Dan lag je op je buik met je auto’s en maakte je van die broem-broemgeluiden. Manon was op die leeftijd uren zoet met haar poppenservies.” Mijn gedachten dwalen af naar Titia, die constant aandacht nodig lijkt te hebben. Afgelopen woensdag was ik even bij Manon koffiedrinken en we konden bijna niet met elkaar praten, omdat Titia er steeds tussendoor kwam. Eigenlijk denk ik dat Titia duidelijker grenzen nodig heeft. Dat niet steeds al haar wensen worden ingewilligd, maar dat ze ook af en toe een ferm ‘Nee!’ hoort. Al was het maar omdat Manons leven daar een stuk prettiger van zou worden. Tegen Bart zeg ik daar niets over, dat voelt toch als een soort verraad. “Wanneer hebben jullie Manon en Boy eigenlijk voor het laatst gesproken?” vraag ik. Hij denkt diep na. “Dat moet met kerst zijn geweest... Hoewel ik toen ook niet echt met haar heb gepraat, omdat ze het veel te druk had met alle andere gasten. Ach, je weet hoe dat gaat. We zijn gewoon allebei hartstikke druk.” Ik begrijp het wel en toch vind ik het jammer. Zo’n grote familie hebben we niet. We hoeven elkaar toch niet uit het oog te verliezen? Kan ik daar niet wat op verzinnen?

Dinsdag

Tegen tweeën wordt het rustiger in de lunchroom. “Ik neem even pauze”, zeg ik tegen Sjoerd. Met een broodje kaas met sla ga ik in het keukentje zitten. Benen omhoog, beker muntthee erbij, even bijkomen. Het broodje heb ik nog niet voor de helft op als Sjoerd roept: “Anne-Wil, je moet nú komen!” Verdorie, denk ik, hij kan zelf toch ook een klant helpen? Ik loop de zaak in en zie Han staan, met een grote glimlach op zijn gezicht. “Moet je horen! Mijn neef belde me net over het huis van oom Helmut. De makelaar heeft een schatting gemaakt van de verkoopprijs!” Ik zie dat Sjoerd nieuwsgierig meeluistert en vraag daarom of Han meeloopt naar de keuken. “Weet je wat hij denkt dat het huis gaat opleveren?” Han noemt een bedrag, waarvan ik even moet gaan zitten. Er gaat nog erfbelasting af en makelaars- en notariskosten en ze moeten het door acht personen delen, maar dan blijft er nog steeds een riant bedrag over. Niet genoeg om stil van te leven, wel om een paar heel leuke dure dingen van te doen. “Wat ben je ermee van plan?” vraag ik. Hij pakt mijn handen vast. “Wat zijn wíj ermee van plan, bedoel je. Het is natuurlijk ook jouw geld. We zijn toch getrouwd, gekkie. Wat zou je willen, Anne-Wil? Waar droom je van?”

Ik kijk in zijn lieve ogen en denk: ik heb al alles wat ik wil. Hij ratelt maar door over een camper, boot of keuken, een wereldreis of nieuw meubilair. “Anne-Wil!” roept Sjoerd. “Je beseft toch wel dat je pauze maar een halfuur duurt? Er zitten klanten op je te wachten.” Ik zucht. Het liefst van alles zou ik één of twee dagen minder gaan werken, maar het voelt raar om dat van de erfenis van oom Helmut te doen. Tenslotte is het geld eigenlijk van Han.

Meer lezen van Anne-Wil? Dat kan hier!

Anne-Wil heeft twee kinderen, zes kleinkinderen, is getrouwd met Han en werkt in een broodjeszaak.

Op alle verhalen van Libelle rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@libelle.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden