null Beeld

PREMIUMColumn

“Jij was toch zo’n nerd, vroeger?”, lachte mijn zoon smalend

Sylvia Witteman

Generatieverschillen zie je in kleine dingen, zo ook bij Sylvia. Haar zoon weet niet wat een sloop is en laat staan een molton.

“Ik zoek schone lappen”, zei mijn zoon, staand voor de linnenkast. “Welke onderlap moet er ook alweer op mijn bed?” Bij ons in huis slapen de kinderen in twijfelaars en de ouders in een groot bed. Daar horen verschillende maten beddengoed bij. Ik ben de enige in huis die feilloos weet wat de grote en wat de kleine zijn, zonder alles overhoop te halen. “Hier”, zei ik, en overhandigde mijn zoon een zachtblauw hoeslaken. “Dank je. Nu nog een bovenlap”, zei mijn zoon. Ik gaf hem een dekbedhoes met frisse streepjes, plus het bijbehorende sloop. Klaar. Maar er knaagde iets aan me. Ik legde mijn hand op zijn arm vol beddengoed. “Hoe noem jij deze dingen nou, jongen?”, vroeg ik. “Gewoon, lappen voor mijn bed”, antwoordde hij. “Mama, ga je weer zeuren? Ik wéét wel dat jij een miljard moeilijke woorden kent. Fijn voor je, hoor, maar ik red me prima zo. Dit is een onderlap, dit is een bovenlap en dit is de lap voor het kussen.”

Ik schudde mijn hoofd. Is mijn zoon achterlijk? Nee, hij heeft netjes zijn vwo gehaald. Is dit dan een geval van generatiekloof? “Kijk, dit is een hoeslaken, dit is een dekbedhoes en dit is een sloop”, preekte ik. “Oké, ik zal het proberen te onthouden”, zei hij. “En dan heb je ook nog een molton”, ging ik voort. “Dat is dat witte ding onder je hoeslaken.” “Molton?!” Hij lachte smalend. “Wat een raar woord. Kende jij al die woorden als kind al? Vast wel, jij was toch zo’n nerd?” Ik dacht na. “Als kind had ik geen dekbed, en ook geen hoeslaken of dekbedhoes. Dat kwam allemaal pas toen ik een jaar of twaalf was.” Stomverbaasd keek hij me aan. “Waar sliepen jullie dan onder?” Ik vertelde hem van het onderlaken dat nog geen elastieken hoekjes had, maar strak om het matras gevouwen moest worden. Van de wollen dekens, ’s zomers één en ’s winters twee. “Lag je dan gewoon onder zo’n kriebelige deken?”, riep hij verschrikt. “Nee, er zat een laken tussen”, legde ik uit. “Geen hoeslaken, maar een recht, wit laken.” Hij knikte, zag het voor zich. “Maar dan ging dat laken toch de hele tijd los zitten?” Ik knikte op mijn beurt, herinnerde me de nachtelijke worstelpartijen met losgewoelde lakens. “Mijn moeder maakte onze bedden elke dag weer netjes op”, vertelde ik. “Dat hoorde toen bij het huishouden.” Mijn zoon kermde bij de gedachte. “Maar er bestonden toen toch al naaimachines?”, vroeg hij. Jazeker, mijn moeder had er een, net als de meeste vrouwen. “Waarom naaiden ze dan niet gewoon twee lakens aan elkaar? Dan hadden ze een hoes gehad, voor om die wollen deken. Had een hoop gedoe gescheeld.” Ik hapte naar adem. Hij had gelijk.

Waarom had niemand dat bedacht, een halve eeuw geleden? Verbijsterend. “Wow, wat waren jullie achterlijk”, smaalde hij en vertrok naar zijn kamer met zijn stapel schone lappen.

Sylvia Witteman (56) is getrouwd, heeft een dochter (23), twee zoons (20 en 18) en katten Lola en Siepie.

Op alle verhalen van Libelle rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@libelle.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden