null Beeld

PREMIUMcolumn

José: “Mark Rutte, word wakker. Jouw tijd is voorbij”

Marie José Rozenbroek

José droomde over de verkiezingen. Het was een bijzondere ervaring.

Ik droomde dat ik met Caroline van der Plas een fietstochtje maakte. Het was prachtig weer, de zon scheen aan een blauwe hemel waar witte wolken voorbij dreven. Caroline droeg een kiel gemaakt van gifgroene boerenzakdoeken en stoof voor me uit op haar elektrische fiets. Ik kon haar niet bijhouden op mijn stadsbarrel. “Caroline, niet zo hard!” hijgde ik, maar ze hoorde me niet.

Gelukkig hield ze halt bij de kinderboerderij. Daar holde Thierry Baudet achter een geitje aan, zijn zoontje Lancelot in de draagzak op zijn buik. Het geitje mekkerde verschrikt en stoof weg. “Wat een beeldschone dag”, riep Thierry ons toe. “De toekomst straalt ons tegemoet! En zie je daar de uil van Minerva vliegen?” Lancelot kraaide en strekt zijn armpjes uit naar het geitje.

Achter de boerderij zat Mark Rutte aan een wankel tafeltje in de zon, achter een grote beker melk. Hij had een witte snor en grijnsde blij. “Caroline!” zei hij verheugd, “wat een toeval! Ik durfde het nooit te bekennen, maar weet je wel dat ik al heel lang verliefd op je ben? Wil je niet met mij een ritje maken?”

Hij wees naar zijn tandem die tegen een schuur stond. “Wopke heb ik ervan afgeduwd. Ik wil niet meer met hem fietsen. Kijk, daar spartelt hij in de varkensdrek.”

Verdomd, daar lag Wopke naast een groot, smerig varken dat knorrend van pret haar snuit tegen zijn lange benen duwde. Wopke schreeuwde het uit van angst. Een vrouw in een smerige overall schudde een emmer met etensresten uit in een trog. Toen ik goed keek, zag ik dat het Esther Ouwehand was. Ze zwaaide hartelijk naar ons, knielde naast het varken en knuffelde het stevig. Wopke en Mark keken angstig toe - die dappere Esther die zomaar dat vieze varken durfde te aaien!

Kijk, daar kwam Thierry aangedraafd, een bosje narcissen in zijn hand. “Die bloeien hier zomaar tussen de bomen”, zei hij verrukt. “Zie je wel dat er niks aan de hand is met het milieu? Kijk om je heen en zie hoe groen en verrukkelijk dit land is!”

Caroline knikte instemmend. Ze ging naast Mark zitten en bestelde voor ons allebei een groot glas melk bij Sigrid Kaag, die de bestelling kwam opnemen. Ik durfde niet te zeggen dat ik niet van melk hield. Caroline strekte haar stevige benen voor zich uit en gaapte. “Ik ben een beetje moe”, zei ze. “Best hard gewerkt de laatste tijd.” Sigrid bracht onze melk op een blaadje. Ook zij droeg een overall, een brandschone, net uit de verpakking, de vouwen stonden er nog in.

Caroline dronk haar boerenbonte beker met één grote teug leeg. Met de rug van haar hand veegde ze haar mond schoon. Ze zuchtte tevreden. “Effe adempauze”, zei ze. “Straks fietsen we weer keihard verder.” Mark keek smekend, legde zijn hand op haar arm, maar Caroline veegde die met een resoluut gebaar weg. “Nee Mark. Ik ga niet bij jou achterop. Geen denken aan. Ik vind jou een waardeloze bestuurder. Ik bepaal mijn eigen koers.”

Ze sloot haar ogen en koesterde haar gezicht in de zon.

Stiekem schoof ik mijn melk richting Mark. “Opdrinken jij”, siste ik, “tot op de bodem. Dit is jouw gifbeker. Word nu eindelijk wakker, jouw tijdperk is voorbij.”

Bladenmaker en journalist José Rozenbroek is een nieuwsjunk. Elke week schrijft ze voor Libelle een column over wat haar opvalt en waarover ze zich opwindt.

Op alle verhalen van Libelle rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@libelle.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden