PREMIUMCOLUMN
Nico: “Ik stond vast iets te lang naar een varkenshaas te kijken”
Nico voelt zich bekeken in de supermarkt. Daardoor denkt hij terug aan een voorval uit zijn jeugd.
Vanmiddag keek ik in een supermarkt op de achterkant van een fles honing. Ik zette de fles terug en zag een vrouw, vlak naast de afdeling Harde Verpakte Worsten, snel wegkijken. Ze verdween richting de afdeling Soep In Blik.
Thuis pakte Tanja de boodschappentas uit. Na twaalf pakjes lucifers en een ons sperziebonen draaide ze zich om. “Komt er oorlog of zo? Wat is er met jou aan de hand? Hier, kijk dan, wat mankeert jou?” Ze hield een blikje tomatenpuree omhoog. De goedkoopste, gemaakt van Roemeense tomaten die niemand meer wil eten.
Ik legde Tanja uit waarom ik zo schraal boodschappen had gedaan. “Ze dachten dat ik aan het stelen was. Door die honing. Ik heb waarschijnlijk ook iets te lang naar een varkenshaas staan kijken. Toen begonnen er alarmbellen bij mij te rinkelen. Ik heb op een bepaalde manier naar een moot zalm gekeken. Ik heb voor de vorm ook nog even aan een zak chips van 69 cent gevoeld, maar volgens mij kunnen ze zien wat ik ooit allemaal heb gekocht door die verdomde klantenkaart. Ze weten dat ik normaal heel luxe chips met ribbels koop. Die moeten door Poolse vakantiewerkers met een speciaal ribbelmesje in de aardappel worden gesneden. Wat een ellende Tan, ze denken dat ik steel.”
Tanja keek me aan en zei: “Of die vrouw dacht: hé, dat is die ex-huisdichter van DWDD. In het echt is hij veel kleiner en heeft hij minder haar.”
Ik schrok. Waarschijnlijk had ze gelijk. Ik wist ook meteen waar deze paranoia vandaan kwam. Als zestienjarige werkte ik als vakkenvuller in een supermarkt, toen vlak naast mij een vrouw van ongeveer zestig jaar bij haar arm werd gegrepen door de bedrijfsleider. Midden in de winkel, met allemaal klanten om haar heen, vroeg hij haar om de binnenkant van haar jas te laten zien. We keken met zijn allen naar een enorme bobbel in de voering. Huilend trok ze een pak luiers tevoorschijn. “Voor mijn dochter. Haar man is weggelopen, die vuile klootzak. Ik heb haar nog gewaarschuwd”, riep ze. Daarna volgden zes bussen vitamine C. “Om aan te sterken”, huilde ze.
Die ongelooflijke schaamte, gecombineerd met liefde, zit blijkbaar verankerd in mijn hoofd. Als ik honing koop, denk ik aan die vrouw en daar trek ik dan blijkbaar een bepaald gezicht bij. Een verdrietig gezicht, denk ik.
Nico Dijkshoorn (62) woont samen met Tanja, heeft twee kinderen uit een vorige relatie en een heel eigen kijk op de wereld.