PREMIUMcolumn
Sylvia: “Als ze de dode kuikens uit de vriezer haalt, moet ik even slikken”
De katten van Sylvia zijn kieskeurig in wat ze eten. Ze hebben liever een maaltijdzakje dan verse kippenlevertjes.
Nu de kinderen steeds meer hun eigen gang gaan, zitten we vaker met zijn tweeën aan tafel, huisgenoot P en ik. Dat is wennen (ik kook vaak te veel eten) maar het heeft ook voordelen: we kunnen dingen eten die de kinderen ‘niet lusten’. Vis, zuurkool, mosselen, witlof, peultjes... Huisgenoot P is blij met de variatie op zijn bord, maar kijkt bij sommige spijzen wat moeilijk. Witte bonen bijvoorbeeld. Of kippenlevertjes. Kippenlevertjes! Die zijn juist zo lekker! Bovendien, zo hield ik P voor, als je toch vlees eet moet je het hele dier gebruiken, niet alleen die suffe filetjes. Veel duurzamer. Terwijl ik preekte, bood ik een stukje lever aan mijn katten aan, die er hun neus voor optrokken.
“Mijn katten eten geen kippenlever”, vertelde ik de volgende dag aan vriendin B. bij wie ik op de borrel was. “Mijn kat ook niet”, zei ze. “Maar weet je waar hij dol op is? Eendagskuikens! Die vreet hij op met huid en haar.” Ik begon al “zielig!” te roepen, maar nu stak zij op haar beurt een preek af. Iedereen die kip eet, of zelfs alleen eieren, hoort te weten dat de haantjes direct als ze uit het ei komen naar de andere wereld worden geholpen. Ze zullen nooit eieren leggen en zijn dus nutteloos, behalve als voedsel voor andere dieren. Ik wist dat wel, maar toen B. twee dode kuikens uit de vriezer haalde moest ik toch even slikken. “Neem maar mee voor je katten, krijgen ze eens wat anders dan die saaie brokjes”, zei ze. “Trouwens, wat denk je dat dáár inzit? Witte bonen? Katten zijn vleeseters.”
Terwijl ik thuis een (vegetarische!) ovenschotel in elkaar zette, liet ik de kuikens ontdooien. Daarna riep ik de katten, die hoopvol de keuken in renden. “Kijk eens!” Ik legde de kuikens voor hun stomverbaasde neus. Ze roken er kieskeurig aan en keken mij vervolgens verwijtend aan. Wat is dit voor ongein?, zag ik ze denken. Geef ons liever iets uit het knisperzakje met de lachende kat erop, daar! Naast de broodtrommel! “Stelletje decadente sukkels”, foeterde ik, maar ik gaf ze toch een snoepje. De kuikens lagen nog op de keukenvloer, zeer dood en nuttelozer dan ooit. Hoewel... Daar hoorde ik huisgenoot P de voordeur achter zich dichtslaan, moe en hongerig thuis van zijn werk. Snel pakte ik twee bordjes, en legde op elk een kuiken. Takje peterselie ernaast. Schijfje komkommer. “Het voorgerecht”, zei ik, en toonde hem de bordjes. De blik in zijn ogen was onbetaalbaar. “Als we toch vlees willen eten, moeten we echt verder denken dan suffe filetjes”, preekte ik met uitgestreken gezicht, waarna ik tóch in lachen uitbarstte. Hij, opgelucht, ook. Kippenlevertjes hoef ik voorlopig niet op te dienen, denk ik, maar witte bonen kan ik van de week wel weer eens proberen.
Sylvia Witteman (56) is getrouwd, heeft een dochter (23), twee zoons (20 en 18) en katten Lola en Siepie.