PREMIUMDagboek #07
Dagboek van Koen: “Ik heb natuurlijk al twee kinderen opgevoed, maar dat leek toen zoveel makkelijker”
Koen en Loretta zijn heel erg druk met Kai, die hopelijk bij hen mag blijven.
Benieuwd wat hieraan vooraf ging? Dat lees je hier.
In plaats van ons leven al zo’n beetje vorm te geven als pensionada’s lijken we teruggeworpen in de tijd, als twee jonge ouders. Kai is nog steeds heel wisselvallig in zijn gedrag; en hoewel ik soms stiekem denk dat hij een lastig karaktertje heeft, maakt Loretta mij keer op keer duidelijk dat dit allemaal het gevolg is van de omstandigheden waarin Kai zijn eerste twee levensjaren heeft doorgebracht.
“Deze jongen vraagt om veiligheid en duidelijkheid, dat is alles wat hij wil.” Ze zegt het met zo’n stelligheid dat ik het alleen maar kan aannemen. “Als wij die hem geven zal het langzaam steeds beter met hem gaan, let maar op.”
Het is ook precies wat de psychologe van de jeugdbescherming ons steeds op het hart drukt. Ik heb natuurlijk al twee kinderen opgevoed, maar dat leek destijds allemaal zo veel makkelijker, dat ik me er nooit een seconde druk over maakte. Misschien ook omdat Maud het meeste werk deed. Nu voelt het als mijn grootste verantwoordelijkheid, en misschien wel mijn grootste taak in dit leven: zorgen dat dit kind op een veilige, gezonde en liefdevolle manier uit kan groeien tot een stabiele volwassene.
“Kai, ga je mee wandelen met papa?” vraag ik, terwijl Loretta zich klaarmaakt om naar haar werk te gaan.
“Kai niet”, zegt hij dwars, terwijl hij met zijn autootjes over de grond blijft rijden.
“Koen, niet vragen, maar stellen”, zegt Loretta.
Verdraaid, ze heeft weer eens gelijk. Ik moet geen vraagteken zetten achter elke zin. Waarom lijkt dat in theorie veel moeilijker dan het is. “Kai, wij gaan samen even naar de eendjes kijken.”
“Oki!”, zegt hij en hij komt overeind. “Jas papa.”
“Ja, ik pak je jas even.”
“Leer hem dat hij dat zelf ook kan doen. Je hebt niet voor niks zo’n laag kapstokje gemaakt”, bemoeit Loretta zich er weer mee.
Ik draai met mijn ogen en zucht. Okee dan. “Kai, ik durf te wedden dat jij je eigen jas kunt vinden. Ga je jas maar halen.”
Meteen dribbelt hij naar de gang.
“Heel goed, schat”, zegt Loretta met een zelfgenoegzame glimlach. “Dan ga ik nu mijn eigen jas vinden. Ik zie je vanavond.” Ze geeft me een kus, waarna ik plagerig in haar zij prik.
“Kijk”, zegt Kai als hij even later terugkomt in de woonkamer. Hij heeft zijn jasje binnenstebuiten en ondersteboven aan.
“Zal papa je helpen om je jas goed aan te trekken?”
“Nee!”, zegt hij weer fel als ik aan zijn jas wil komen.
Stom van mij, ik had het ook niet moeten vragen. Ik leer het nog weleens, maar voor nu laat ik het zo. “Kom gozer, dan gaan we!”
Maud, de ex-vrouw van Koen schrijft ook iedere week in haar dagboek. Haar verhalen lees je hier.