Marieke (42): “Met een knoop in mijn maag bel ik de verloskundige. ‘Ik zou morgen een echo krijgen’, zeg ik met een vlakke stem. ‘Maar ik denk dat ik het vruchtje ben kwijtgeraakt.’
Als ik uitleg dat ik gisteren de hele dag bloed verloor, zegt de verloskundige dat ik waarschijnlijk gelijk heb. Ze stelt voor dat ik over drie dagen kom, dan kan ze zien of alles goed schoon is. Ik noteer de afspraak in mijn agenda en kruip vóórdat ik aan het werk ga nog even met een deken op de bank. Wat voel ik me lamgeslagen, het is zo’n teleurstelling. Wéér mislukt. Zie je wel? Ik kan dit niet, denk ik. Iedereen om me heen raakt zwanger, en bij mij gaat het mis.
Verlangen naar een tweede
Dat ik moeilijk zwanger kan worden, wist ik al. Omdat het met mijn vorige partner niet lukte, ben ik met mijn huidige vriend Mart na een halfjaar proberen naar het ziekenhuis gegaan om te kijken waar het aan lag. Een van mijn eileiders bleek dicht te zitten en de andere slechts halfopen. Ivf, luidde het advies. Het eerste teruggeplaatste embryo eindigde in een miskraam, maar het tweede bleef gelukkig zitten. Helaas werd het geen zorgeloze zwangerschap, want tot twaalf weken verloor ik steeds wat bloed. Gelukkig werd na precies veertig weken een wolk van een baby geboren, onze zoon David. Inmiddels is hij vier en hij is een groot geluk in ons leven. Toch bleef het verlangen naar een tweede kind en opnieuw gingen we het medische traject in. Toen bleek dat naast mijn verstopte eileiders mijn eicellen verouderd waren, gaf de gynaecoloog aan dat zwanger worden door middel van ivf niet meer zou lukken. We konden alleen nog hopen op een wonder.
Positieve test
Een jaar later werd ik niet ongesteld. Om geen valse hoop te krijgen, deed ik een zwangerschapstest. Stomverbaasd zag ik dat deze positief was. ‘Het is vast niks’, zei ik tegen Mart, maar ik maakte toch een afspraak voor een echo. Stiekem begon ik weer te dromen. Misschien zat er dit keer een meisje in mijn buik en kon ik nog één keer zo’n fantastische kraamtijd beleven als bij David. Dat was de mooiste week van mijn leven. Gisteren viel ik van mijn roze wolk.
Terwijl ik op de hometrainer zat, voelde ik ineens dat ik vloeide. Omdat ik alleen thuis was, appte ik meteen mijn moeder en zusje. ‘Ik verloor ook bloed en toch kwam het goed’, appt mijn zusje meteen terug. Heel lief, al wist ik dat ze het mis had. In de loop van de dag vloeide ik steeds erger, tot mijn laatste sprankje hoop was verdwenen.
Verdriet
Met een zucht sta ik op; het leven gaat door. In mijn werkkamer zet ik me achter de computer. De eerste online vergadering gaat eigenlijk best goed. Op een of andere manier lukt het om de knop om te zetten en weet ik er zelfs een lachje uit te persen. Huilen lukt me eigenlijk nooit, zelfs als ik intens verdrietig ben. Het werken gaat best goed, maar later die dag slaat het verdriet opnieuw hard toe. Zeker als mijn zusje later die dag een foto van haar baby in de familie-app stuurt. Zíj wel, denk ik onredelijk. Even later lees ik op nu.nl over een BN’er die ‘per ongeluk’ zwanger is geworden van haar derde. Het maakt me razend. Ik weet dat ik te veel in mijn slachtofferrol zit – jaloers op alles en iedereen – en dat voelt niet prettig, maar het gevoel is sterker dan ik.
Documentaire
’s Avonds zie ik stomtoevallig een documentaire op tv over een vrouw die met eiceldonatie zwanger werd. Dat kan natuurlijk ook, bedenk ik. Er zijn nog zo veel andere manieren om een kind te krijgen. Zelf produceer ik geen gezonde eicellen, maar stel dat we iemand vinden die ons een eicel wil geven? Dan zou ik het kind wel zelf kunnen dragen. Voorzichtig zie ik weer een lichtpuntje. Ik zeg nog niks tegen Mart, maar in mijn hoofd begint een plannetje te rijpen.”
Lees hier het vervolg van De dag nadat... ik een miskraam kreeg.