PREMIUM
Koninklijke kiekjes: de Oranjes bij het corps, een dijk van een traditie
Elke week duiken we in de royal archieven voor koninklijke kiekjes met een goed verhaal. Met deze week Juliana, Beatrix, Willem-Alexander en meer Oranjes die kozen voor het corpsleven.
Of ze zich nou al had aangesloten bij een studentenvereniging, zich niet kan aanmelden door een ledenstop of helemaal geen zin meer heeft in het Amsterdamse dispuutsleven: feit is dat prinses Amalia (al dan niet gedwongen) breekt met een lange familietraditie als ze niet bij het corps zou gaan.
Met voorbedachten rade
Studeren gaat Amalia natuurlijk sowieso, vanaf begin september. In Amsterdam, bij de opleiding Politics, Psychology, Law & Economics (PPLE). Op kamers gaat Amalia ook, in haar eigen grachtenpand. En bij dat hele studentenleven hoort in Amalia’s ogen zeker ook een studentenvereniging. “Met een jaarclub, alles erop en eraan”, deelde ze met Claudia de Breij in het boek voor haar achttiende verjaardag.
Ze brak weliswaar met de traditie door voor Amsterdam te kiezen - haar (over)grootmoeder en vader gingen alle drie naar Leiden - maar dat was met voorbedachten rade. Amalia: “Als ik naar Leiden ga en áls ik bij Minerva ga (de studentenvereniging waar Juliana, Beatrix en Willem-Alexander óók zaten, red.), dan is het omdat ik dat echt zelf wil en niet om de traditie.”
Daarin horen we toch meer dan een klein beetje haar vader terug. Die zette zich in het boek rondom zíjn 18e verjaardag koppig af tegen het in de media levende idee dat hij naar Leiden zou gaan om Rechten te studeren, net als zijn moeder en oma. WA: “Als ze Rechten verwachten, zou ik bij wijze van spreken natuurkunde kiezen, alleen om te laten zien dat ze het niet bij het rechte eind hebben.”
Haar eerste polonaise
Die koppigheid zit in de familie, en dat is dan ook precies hoe de Oranjes hun corps-traditie begonnen. Prinses Juliana besloot in 1927 tegen alle protocollen en tradities in dat ze wilde gaan studeren. Zonder middelbare schooldiploma (zoiets banaals had een troonopvolger destijds niet nodig), maar met een hoofd vol dromen over ‘het echte leven’.
Ze koos voor Leiden, schreef zich in bij de faculteit Rechten en dook volop in het studentenleven door lid te worden van de Vereeniging van Vrouwelijke Studenten. Ze deed mee aan de ontgroening, ging bij jaarclub De Zestigpoot, knipte haar lokken kort en genoot volop van het beetje vrijheid dat ze door haar dispuutgenoten kreeg.
Zo ontliep ze wanneer het maar kon haar bewakers, bijvoorbeeld door van kleding te ruilen met vriendinnen. Ze danste op een feestje haar eerste polonaise. En ze bleef uit het voetlicht dankzij haar collega-Zestigpoten, die ook decennia na hun studie trouw bleven aan hun koninklijke jaargenoot. In hun jubileumclublied uit 1977 zongen ze nog: “Aan ons zal noch Privé noch Story plezier beleven, welverdorie.”
Oranje-trouw in het DNA
Die Oranje-trouw was onderdeel van het DNA van Minerva, zoals de vereniging later zou gaan heten, niet langer gescheiden op geslacht. Maar goed ook, want naast Juliana en Willem-Alexander werden ook Margriet en Pieter van Vollenhoven, Constantijn, Floris en Aimée lid. En prinses Beatrix.
Zij mikte weliswaar op een heel andere studententijd dan haar moeder (ze liet zich eigenlijk overal met Hare Koninklijke Hoogheid aanspreken terwijl Juliana voor ‘Jula’ pleitte), maar koos wel óók voor Rechten in Leiden. Over haar tijd in Leiden is zo mogelijk nog minder bekend dan over die van Juliana. Maar dat komt volgens velen omdat ze zich buitengewoon keurig gedroeg. Een serieuze student met gevoel voor haar rol.
Wel was ze een bevlogen corpslid: ze volgde de regels van de vereniging (onder andere om geen broeken te dragen), maakte tekeningen voor de Almanak en schreef voor het verenigingsblad. Ze maakte een paar goede vriendinnen en zat vooral veel met haar neus in de boeken.
Willem-Alexander en de hofnarren
Dat was niet het beeld dat heerste van prins Willem-Alexander toen hij zich bij het corps aanmeldde in 1987. Zijn studentenhuis werd legendarisch en gehaat door buren omdat ze er kippen en een zeer luidruchtige haan hielden. Voor de deur lag standaard paparazzo Joop van Tellingen in de aanslag. Willem-Alexander kreeg in Leiden zijn beruchte bijnamen Kroonkurk en Prins Pils. En sloop wel eens verkleed het huis uit om de fotografen te omzeilen.
Een typische corpsbal vond hij zichzelf trouwens niet. “Ik heb me afgezet tegen mensen die de studentenvereniging verheffen tot iets zaligmakends”, zei hij er later over in alumniblad Leidraad. Hij zat wel graag in stamkroeg Café L’Espérance en was veel bij de sociëteit aan de Breestraat te vinden. Bij wijze van ontgroening zou hij zijn overgoten met chocolademelk ‘om een echte Chocoprins te worden’. En als mensen het té interessant vonden dat hij een prins was, werden die standaard ‘hofnarren’ genoemd.
De eerste feestfoto staat al op social media
Het klinkt natuurlijk allemaal erg onschuldig vergeleken met de taferelen die we onlangs hebben aanschouwd vanuit Amsterdam, maar ook in de tijd van onze koning was het als troonopvolger niet makkelijk om ongezien van de studententijd te genieten. Deze video werd gemaakt in 1987, bij zijn welkomstbijeenkomst.
De verhalen over zijn stapgedrag én die beruchte bijnaam achtervolgden hem bovendien nog jaren na zijn opleiding. Nu lijkt Amalia op papier meer een Beatrix (keurig, serieus, bewust), maar de eerste foto’s van de prinses feestend in een Amsterdams café hebben al de ronde gedaan op social media, en daar had haar vader dan weer geen last van.
Of ze nou wel of niet bij het corps gaat of kan, Amalia wacht nog een heleboel nieuws, daar in Amsterdam. En linksom of rechtsom zal ze daar, net als haar voorgangers, haar bondgenoten bij nodig hebben. En tja: dan is een jaarclub zo gek nog niet.