De stagiair hoofdstuk 22 Beeld Getty Images
De stagiair hoofdstuk 22Beeld Getty Images

PREMIUM

De Stagiair - hoofdstuk 22: “‘Je mag geen contact opnemen met je ex’, zegt de politieagent tegen me”

Er is ingebroken op de server van de school waar Sanna werkt. De onderwijsinspectie en de politie komen onderzoek doen en iedereen ondervragen. Laurens is ondertussen spoorloos.

Hanneke MijnsterGetty Images

“Yo.”

“Waar hang je uit?” vraag ik Laurens nadat hij na vier keer bellen eindelijk opneemt.

“Ik chill even thuis”, antwoordt hij gelaten. “Met dat onderzoek kan ik maar beter niet in de weg lopen, toch?”

“Zonder overleg? Dat is niet de manier, Laurens.”

Het voelt verre van fijn om nu weer in de rol van stagebegeleider te moeten stappen. Blijkbaar ben ik niet de enige die dat vindt, want aan de andere kant van de lijn blijft het stil.

“Verbunt en die agent willen je spreken”, ga ik verder, “dus je zult toch echt terug moeten komen.”

“Oké.”

Hij ziet er anders uit als hij weer op school komt. Hard. Gestresst. En ineens een wit overhemd. Zelfs zijn haren gekamd. Wat overigens geen verbetering is.

“Zo, je hebt er werk van gemaakt zie ik”, glimlach ik.

“Ja tuurlijk, indruk maken op meneer agent, jeweettoch”, knipoogt Laurens. Zo ken ik ’m weer.

Hij volgt me naar de directiekamer en ik voel dat hij naar mijn billen kijkt. En toegegeven, het kán zijn dat ik er expres een klein heupwiegje ingooi.

“Sanna, Laurens, ga zitten”, komt Verbunt meteen ter zake. “De heer Van Rijn hier heeft iets gevonden.”

“Mijn collega, om precies te zijn, maar inderdaad, zijn we iets op het spoor. Er is ingebroken op uw computer vanaf buiten, via het ip-adres van u, meneer Verschie, maar de bron van de hack komt van een ander adres, namelijk van iemand genaamd Pim Geboers. Zegt die naam u iets?”

“Pím?!” roep ik. “Pim is mijn ex. De vader van mijn dochter.” Ik kijk opzij. “Maar hoe ken jij Pim dan?” vraag ik aan Laurens. “En waarom gebruikt hij jouw computer?”

“Hè?!” antwoordt mijn knappe stagiair. “Ik ken Pim helemaal niet. En wat deed hij op mijn computer dan?” Laurens kijkt de agent fel aan.

“Zie het als een...” en nu richt Van Rijn zijn blik op mij, “doorgeefluik. Dat is een trucje om de bron niet te achterhalen, maar dat is ook nogal, ehm, achterhaald. Een soort hacken voor dummies zeg maar.”

“Maar waarom dan?” vraag ik.

“Om niet gevonden te worden”, antwoordt Van Rijn. Dit riekt naar mansplaining.

“Dat snap ik. Maar wat heeft Pim te zoeken op mijn computer? Wat heeft hij aan die gegevens van die eindexamenleerlingen?”

“Data”, antwoordt Van Rijn. “Handel.”

Het lukt me maar net om een enorme vloek in te slikken.

“Voor de duidelijkheid: u mag nu geen contact met de heer Geboers zoeken”, zegt Van Rijn. Alsof hij mijn gedachten kan lezen.

“En Fae?” vraag ik. “Wat zeg ik tegen Fae?”

“Zolang het onderzoek loopt, praat u er beter met niemand over”, drukt Van Rijn me op het hart. Ik knik. Dat zal nog niet meevallen.

“Ga maar naar huis”, zegt Verbunt.

“Maar hou je telefoon aan”, voegt Van Rijn eraan toe.

We lopen zwijgend naar het fietsenhok. Ik prakkiseer me suf over de rol van Pim in dit verhaal en ik kan het niet uitstaan dat ik het niet zie. Zou hij dan echt zo ver gaan dat hij de school van zijn dochter in gevaar brengt? Alleen voor een paar extra stuivers? Pim is een egocentrische eikel, oké, maar dit kan ik me gewoon niet voorstellen.

“Gaat het wel?” informeert Laurens als we bij de fietsen zijn. Hij heeft zijn mountainbike weer naast mijn praktische fietstassen geparkeerd, zie ik.

“Ik heb nog zoveel vragen”, antwoord ik. “Het duizelt me even. Want, nog even, ken jij Pim? Wat weet jij? Wat heb ik verteld?”

“Nee echt, ik ken Pim niet. Ik weet alleen dat jullie gedoe hadden laatst en dat je daar verdrietig over was. Maar ik zou niet weten hoe hij eruitziet.”

“Maar hij kent jou blijkbaar wel.”

“Misschien heeft je dochter iets gezegd?”

Daar had ik nog niet aan gedacht. Ik voel dat ik Fae wil verdedigen, maar dat hoeft natuurlijk helemaal niet.

“Je kijkt nog steeds moeilijk”, lacht Laurens. “Maar relax Sanna, de politie is ermee bezig, school is ermee bezig. Jij kunt niks doen en ook niks oplossen. Dus laat het los.”

“Je hebt gelijk”, antwoord ik. “Maar dat vind ik moeilijk. Ik heb graag de controle.”

“Vertel me eens wat nieuws”, grapt Laurens. “Maar hé, je hoeft het niet alleen te doen, hè? Ik ben er voor je.”

Ik glimlach naar hem. Zijn ogen staan zacht en warm.

“Laten we even gaan wandelen zo, om tot rust te komen en letterlijk wat afstand te nemen. Nu naar huis gaan en weten dat je niks tegen je dochter mag zeggen, is ook geen doen.”

“Oké”, zeg ik. “Maar niet in de stad. Ik wil even niemand tegenkomen.”

“Snap ik. Weet je wat? We gaan naar de Witte Sieb. Het strand doet altijd goed, zelfs midden in Den Bosch.”

Mooi hoe vindingrijk Laurens is. Hij laat me nu lachen en daarmee ontspannen.

We fietsen naast elkaar, Laurens praat en ik luister en kijk. Over I.M. wat hij nu leest, en dat het een wijvenboek is, over het zeewater dat nu al anderhalve graad warmer is dan vijf jaar geleden en dat we over een paar jaar misschien dus echt aan de kust wonen, over zijn vader die Literatuur geen echte studie vindt en liever had gezien dat Laurens een vak had geleerd.

“Uit wat voor nest kom je eigenlijk?” vraag ik. Ineens realiseer ik me dat ik nog vrij weinig van hem weet.

“Vader, moeder, zus. Niet boeiend. Wist jij altijd al dat je docent wilde worden?”

We parkeren de fietsen en ik som mijn cv op.

“Dat vraag ik niet ,Sanna. Ik wil je dromen weten.”

Ik kijk in zijn ogen vol pret en hoor mezelf spontaan zeggen dat ik ooit hoop een boek te schrijven. Maar dat ik niet durf omdat ik wel vind dat het dan meteen literatuur moet zijn.

“Waar moet het over gaan dan?

Ik haal mijn schouders op. “Het komt vast tot mij als het mijn tijd is.”

“Slappe hap, Sanna, je moet er tijd aan durven geven. En kwetsbaarheid. Blijven hangen in een droom, dat is pas falen.”

Laurens zet me op scherp en ik schrik ervan. Hij ziet het en slaat zijn arm om me heen. Uit zijn zak pakt hij zijn oortjes en friemelt ze bij me in. Oehoehoehoehoehoeeee hoor ik. Een muzikale peptalk van Alicia Keys die zingt hoe de Underdog teacher haar weg wel vindt. Ik sla mijn arm om zijn middel en geef hem een knuffel.

Plots voel ik mijn telefoon trillen in mijn broekzak. Het is Pim. Laurens kijkt me verschrikt aan en probeert mijn telefoon uit mijn hand te trekken.

“Wat doe jij nou?” roep ik boos en ik neem op.

“WHAT THE FUCK SANNA!” schreeuwt Pim aan de andere kant van de lijn. Wat is dit?

Hieronder luister je alle muziek die je terugvindt in de hoofdstukken van De Stagiair.

OVER DE STAGIAIR

Elke zaterdag om 22.00 uur verschijnt er op Libelle.nl een nieuw hoofdstuk uit onze erotische thriller ‘De Stagiair’.

Sanna (49) geeft les op een middelbare school. Ze twijfelde toen de stoere skater Laurens solliciteerde om haar stagiair te worden, maar hij pakte haar in met zijn charme en kennis. In de loop van het jaar laat ze hem steeds dichterbij komen en komt-ie zelfs bij haar thuis. En dan is haar dochter Fae (12) ineens verdwenen.

Op alle verhalen van Libelle rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@libelle.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden