PREMIUMinterview
Schrijfster Marion Pauw: “Ik heb eindelijk geleerd wie ik écht ben”
Na haar deelname aan ‘Expeditie Robinson’ was thrillerschrijfster Marion Pauw (49) een illusie armer en een ervaring rijker. “Zonder dat programma had ik ‘Tijgerlelie’ nooit kunnen schrijven.”
Marion Pauw (49) was dolblij toen ze werd gevraagd deel te nemen aan Expeditie Robinson. Het was al jaren haar lievelingsprogramma, elke uitzending had ze zich voorgesteld hoe het zou zijn om mee te doen. Toen de uitnodiging kwam, kon ze haar geluk niet op. Fanatiek ging ze aan de slag met voorbereidingen. Ze trainde tot ze ultrafit was, en leerde van haar dochter hoe ze lang onder water kon zwemmen. Op dag vier van het survivalprogramma zat ze alweer in het vliegtuig terug, als eerste weggestemd. Een illusie armer, maar een ervaring rijker verdiepte ze zich eenmaal thuis in de psychologische werking van groepsdynamiek en pestgedrag, en schreef in een jaar Tijgerlelie, een thriller over de toxische werking van groepen. In het meeslepende verhaal blikt de getroebleerde half-Spaanse schijfster Lili terug op haar studententijd, waarin ze met haar huisgenoten een winter naar de Pyreneeën trekt. Daar moeten ze op het hotel van haar oom en tante passen. Als onverwacht een vriendin van buiten de groep aanschuift, verandert de sfeer en komen de verhoudingen op scherp te staan. Lili wordt steeds meer buitengesloten en haar zogenaamde vrienden laten haar keihard vallen.
“Net als Lili heb ik altijd moeite gehad om bij de groep te horen”, vertelt Pauw. “Ik vind groepen daarom ook een beetje eng. Maar erbij horen is een universele behoefte, we zijn allemaal kuddedieren, niemand wil erbuiten vallen. Bij Expeditie Robinson zag ik helemaal voor me dat we een maand met elkaar op dat eiland zouden zitten en mooie gesprekken bij het kampvuur zouden voeren. Al snel merkte ik dat ik wel heel veel zin in hen had, maar zij minder in mij. Ik week af van de rest, door mijn leeftijd, maar ook omdat zij allemaal acteurs en influencers waren, die elkaar al kenden en fantastisch vonden. Ik had het gevoel dat ze dachten: wie is dat gekke oude mens? Mijn oude angst van erbuiten vallen kwam weer boven en ik ging enorm mijn best doen. ‘Wil er nog iemand bananenbladthee?’ en dat met een iets te hoge stem. Ik raakte in een overdrive, ging op mijn tenen lopen om leuk gevonden te worden. De deskundige die alles weet van pest- en groepsgedrag die ik later sprak voor Tijgerlelie zei iets opvallends. Kinderen die totaal anders zijn en helemaal hun eigen gang gaan, worden meestal niet gepest. Het zijn juist de kinderen die aan de rand zitten, die heel erg hun best doen om erbij te horen, die het mikpunt worden. Dat maakt ze kwetsbaar en dan worden ze gepakt.”
Was jij zo’n kind?
“Ik zou niet willen zeggen dat ik echt gepest ben, maar ik heb het wel moeilijk gehad. Ik heb mijn hoofdpersoon Lili op haar achtste van Spanje naar Friesland laten verhuizen, naar het adres in Leeuwarden waar ik met mijn ouders terechtkwam toen wij van Tasmanië naar Nederland emigreerden. Ik was toen zes. Mijn leven in Tasmanië kon niet méér verschillen van dat in Leeuwarden. Ik ging naar school in een rood geblokt uniformpje. We moesten overdreven beleefd zijn, en als je iets niet goed deed, kreeg je een tik met de liniaal. Niemand was op zijn mondje gevallen, iedereen was zó hard, en er bestond een enorme hiërarchie. Bovendien sprak ik de taal niet, ik was Engelstalig opgevoed. Mijn ouders hadden het niet breed. Eens in de drie maanden kreeg ik een vuilniszak met afdankertjes van mijn nichtjes. Dus ik zag er verre van cool uit. Ik probeerde een manier te vinden om te overleven en dat deed ik door me zo snel en goed mogelijk aan te passen. Als kind wil je hetzelfde zijn als de rest, maar je kent de regels niet, je weet niet hoe dingen in elkaar zitten en wie je moet zijn om erbij te horen. De angst die ik toen voelde, kwam volop terug toen ik meedeed aan Expeditie Robinson.”
Is erbij willen horen altijd je achilleshiel gebleven?
“Hoe ouder ik werd, hoe meer ik in de gelegenheid kwam mijn eigen mensen te vinden, bij wie ik me goed voelde. Toen ik met mijn kinderen terugkwam in Amsterdam, nadat we jaren op Curaçao en Aruba hadden gewoond, was het voor hen ook moeilijk hun draai te vinden. Ze hadden zo’n ander leven gehad en op school waren de vriendengroepen al gevormd. Dat ze het daar moeilijk mee hadden, vond ik verdrietig, ik had immers hetzelfde meegemaakt. Wanneer je als moeder ziet dat je kind er niet bij hoort, stimuleer je het om zich zo snel mogelijk aan te passen. Nu zou ik dat anders doen. Ik zou ze bevestigen in wie ze zijn en ze aanraden zich vooral niet te conformeren. ‘Wees jezelf’ is zo’n cliché, maar het kan echt jaren duren voor je ontdekt wie je bent. Ik heb er in ieder geval lang over gedaan. Het ontdekken van mijn identiteit was een worsteling. Mijn streng christelijke opvoeding hielp ook niet. In dat milieu maakt het niet uit wat jij als individu vindt, het gaat erom wat God vindt. Er valt niets te ontdekken, hoe je moet leven is al bepaald.”
Hoe ben je losgekomen van het geloof?
“Op mijn zestiende kreeg ik een vriendje, met wie ik op een gegeven moment naar bed ging. Dat mocht natuurlijk niet van de Bijbel. Nou, laat dat hele geloof dan maar zitten, dacht ik toen. Dat vonden mijn ouders verschrikkelijk. Ik was inmiddels zeventien, studeerde aan de heao en woonde net op kamers bij een hospita. Die had mijn ouders verteld dat mijn vriendje geregeld bleef slapen. Toen moest ik onmiddellijk weer thuis komen wonen. Het is een strijd geweest om onder die onderdrukking vandaan te komen. Tot mijn veertigste had ik vooral een heel duidelijk een beeld van wie ik dacht te moeten zijn.”
Hoe zag dat beeld eruit?
“Succesvol zijn, voor iedereen een leuke vriendin en de beste partner voor mijn man. Dat was eigenlijk niet vol te houden. Op een gegeven moment ben ik door het ijs gezakt en in een dikke vette burn-out beland. Inmiddels ben ik negen jaar therapie verder en heb ik heel wat ballast achter me gelaten. Door schade en schande heb ik moeten leren wie ik écht ben.”
Hoe anders is dat, vergeleken met dat ideaalbeeld?
“Ik denk niet meer dat ik liefde moet verdienen door overdreven perfectionistisch te zijn. Ik mag er zijn zonder dat er voorwaarden aan zijn verbonden. Voor ik tot dat inzicht kwam, schreef ik ook al, maar ik werd altijd gedreven door bewijsdrift. Geldingsdrang was voor mij een fantastische motor. Alles vanuit wilskracht doen, putte me uit. Nu neem ik meer tijd en rust om te schrijven en laat ik me leiden door inspiratie en plezier. Zodra ik weerstand voel, zet ik de computer uit en ga ik iets anders doen. Maar ja, ik doe ook niks anders. Ik heb geen kinderen meer thuis om voor te zorgen.”
Je dochter woont in Australië, je zoon in Nederland, maar is vaak in Zuid-Amerika, en jij woont de helft van de tijd in Spanje. Mis je je kinderen?
“Ik kan weleens jaloers zijn op vrienden die even snel een koffietje doen met hun kind. Natuurlijk heb ik vaak gedacht: waarom heb ik ze niet op één plek grootgebracht, waar ze stevig geworteld zijn? Mijn dochter is een tropenbaby, die wil niet in de kou wonen. Mijn zoon doet niets liever dan vissen, slangen zoeken en kikkers fotograferen, en hij had tot voor kort een vriendin in Costa Rica. Ze leiden het leven dat ze willen en zitten lekker in hun vel, dat is mooi om te zien. De eerste jaren dat de kinderen het huis uit waren, vond ik hartstikke moeilijk, ik heb huilend aan hun truien geroken. Als je een kind krijgt, moet je enorm schakelen, omdat je zelf niet meer de belangrijkste persoon bent in je eigen leven. Tegen de tijd dat ze weggaan, heb je heel veel ruimte voor ze gemaakt en wordt die ruimte ineens een gapend gat. En dan nog dit: ze woonden dan wel op zichzelf, maar moesten het ook allemaal nog maar leren. In het begin was het alsof ik zat te kijken naar een ongeluk dat wel of niet zou gebeuren. Inmiddels zijn we een paar jaar verder, het gaat heel goed met ze en ik heb die ruimte weer ingevuld. Ik geniet enorm van het leven dat ik leid.”
Je woont de helft van de tijd in Spanje, beschrijf dat leven eens.
“Met de overwaarde van ons huis in Amsterdam hebben we een paar jaar geleden een vervallen finca gekocht op een berg in Zuid-Spanje. Het idee was dat we daar in de vakanties naartoe zouden gaan. Maar toen corona kwam en we er drie maanden vastzaten, wilden we er niet meer weg. Ik ben daar een tevreden mens geworden. Soms gaat er een week voorbij voor ik die berg weer af kom. De enige dingen die ik er doe, zijn schrijven, in de moestuin werken en met de hond wandelen. Er is geen afleiding. Met mijn buurvrouw, met wie ik de hond deel, drink ik een keer per week een kopje koffie. De buurman aan de andere kant is avocadoboer, naar hem zwaai ik en af en toe maken we een praatje in het Spaans. Uiterlijke dingen zijn er ook totaal niet belangrijk. Wat zou ik er met een dure handtas moeten? Als ik een paar weken in Nederland ben, beginnen die etalages weer naar me te lonken. Vooral in de stad zijn zo veel koopprikkels. Het gaat zoveel meer om de buitenkant. Als ik in Spanje ben, speelt dat geen rol.”
Tot slot nog even over ‘Expeditie Robinson’. Vond je het spannend om terug te kijken?
“O ja, ik heb met buikpijn gekeken. Gelukkig zat ik maar in twee afleveringen, maar voor ik ze bekeek heb ik wel een oxazepammetje geslikt. Maar ik dacht dat ik meer voor schut stond dan daadwerkelijk het geval was. Ik heb er vrede mee dat ik er met een knal uit ben gegaan. Ik wilde niet voor het oog van de camera door het afvoerputje verdwijnen. Dus heb ik stiekem een ananas uit de voorraadkist gestolen en meegenomen. Ik dacht: ik ga niet de aftocht blazen als dat mens dat alleen maar hysterisch heeft rondgerend. Jullie gaan het wel een beetje voelen. Uiteindelijk heb ik geen spijt dat ik heb meegedaan. Niet alleen omdat ik anders Tijgerlelie nooit had geschreven, maar ook omdat ik er heel veel van heb geleerd. Je moet veel meer lak hebben aan anderen. Het is trouwens nog steeds mijn lievelingsprogramma!”
Dit is Marion Pauw
Schrijfster en scenarist Marion Pauw werd geboren in Australië op 19 augustus 1973.
Bekend van: trillers als Daglicht en Vogeleiland, bestsellers die zijn bekroond met de Gouden Strop.
Vindt ontspanning in: tuinieren. “In mijn huis in Spanje ben ik een tevreden mens geworden. Ik word gelukkig als ik mijn zelfgekweekte tomaten kan plukken.”
Is dol op: “Survivallen. Ik hou van de jungle, vuur maken, uitdagingen aangaan. Vandaar dat ik me altijd zo op Expeditie Robinson had verheugd.”
Zie ook: @marionpauw (Instagram) voor fantastische reisverslagen uit Spanje, Zuid-Amerika en Australië.
In het LibelleTV-programma Story of my life neemt Marion Pauw ons mee langs haar eigen Instagram-posts. Hoe inspireerde Expeditie Robinson haar om een nieuw boek te schrijven en hoe gaat zij om met het feit dat haar kind aan de andere kant van de aarde woont? Bekijk het op libelle.nl/storyofmylife
Styling: Sandra Kissels | Haar en make-up: Djolien Kreij | Kleding: Zara (pak, groene sandalettes), H&M (T-shirt), Knit-ted (bloes), Raffaello Rossi (broek), Unisa (sandalen)