PREMIUMInterview
Duncan Laurence: “Ik ben trots op wie ik ben”
Singer-songwriter Duncan Laurence (29) voelt zich beter dan ooit. “Die pesters van vroeger waren mijn drive.”
Nieuwe muziek van Duncan Laurence wordt tegenwoordig groots aangekondigd. Om de eerste single van zijn nieuwe album Skyboy wereldkundig te maken, hangt zijn beeltenis wolkenkrabberhoog boven Times Square in New York. ‘Geen woorden voor’, schrijft Laurence geëmotioneerd bij een foto op Instagram voor een half miljoen volgers. In mei 2019 was hij de eerste Nederlander in veertig jaar die het Songfestival op zijn naam wist te schrijven, met de zelfgeschreven ballad Arcade ten overstaan van 180 miljoen kijkers. Daarna ging het pas echt hard toen het nummer ook op TikTok werd opgepikt en het publiek buiten Europa kennismaakte met de song, dat meer dan 20 miljard keer werd gestreamd. Niet geheel toevallig verschijnt zijn tweede album in mei, dé maand van het Songfestival. Wederom laat Nederland zich vertegenwoordigen door Laurence. Hij schreef het nummer Burning Daylight, uitgevoerd door Mia Nicolai en Dion Cooper. Co-auteur is zijn Amerikaanse verloofde Jordan Garfield. Het stel woont samen, deels in Stockholm, deels in Amsterdam. De avond voor dit interview gaat de gelijknamige titelsong van het album in première op de radio. Een opgewekt nummer, zonnig seventies in sfeer en sound, al grijpt de track terug op een periode waarin het even niet zo goed ging met Duncan.
Voordat je werkte aan Skyboy ging het niet goed met je. Op Instagram sprak je van je lowest low…
“Lowest low was voor mij vier keer per dag een paniekaanval hebben, terwijl ik niet begreep waarom. De eerste keer dat het gebeurde, was vlak voor een optreden, drie jaar geleden tijdens een programma dat werd uitgezonden als alternatief voor het Songfestival dat vanwege corona niet doorging. ‘Zeventig miljoen kijkers’, zei iemand vlak voordat ik opging. ‘Succes, hè?’ In die tijd had ik het gevoel dat ik alle controle kwijt was. Tijdens het Songfestival was alles tot in de puntjes geregeld en ik had een team van vijftig man om me heen. Ineens moest ik alles in mijn eentje voorbereiden en oplossen, met het grote verschil dat ik nu bekend was. Ik voelde me bekeken en bekritiseerd. Door covid belandde ik ineens weer tussen vier muren. Die overgang was veel te groot.”
Superster op je slaapkamer.
“Ja. Had ik eindelijk mijn droom te pakken, kon ik ’m niet leven! Zou er na corona nog interesse zijn voor mijn muziek? Ik moest Jordan in Amerika achterlaten, zonder te weten voor hoelang. Daardoor raakte ik echt in een depressie.”
Vreselijk, een paniekaanval als je moet optreden in bekende Amerikaanse talkshows.
“Vooral voor The Today Show was ik behoorlijk nerveus ja. The Ellen DeGeneres Show was niet live maar vooraf opgenomen, dat was een leuke ervaring.”
Wat gebeurde er tijdens een paniekaanval?
“Ik zat in een hoekje en kon niet ademen. De eerste keer dacht ik dat ik een hartaanval had. Ze zeggen dat je dat gevoel moet accepteren. De controlfreak in mij deed in het begin precies het tegenovergestelde. Ik verzette me, waardoor het alleen maar erger werd. Met therapie en gesprekken heb ik het achter me kunnen laten.”
Speelde paniek ook een rol toen je niet kon optreden tijdens het Songfestival in Rotterdam?
“Ik vind het jammer als mensen mijn verklaring in twijfel trekken. Ik had echt corona. Ik ben gewoon ziek geweest. Je kunt het terugzien op filmpjes en ik had geen stem. Ik heb álles gedaan om er te kunnen staan. Ondanks vier weken in isolatie, liep ik het toch op tijdens de repetities. Iedereen weet dat je tegen covid weinig begint.”
In Skyboy schrijf je het verleden van je af. Je bent gepest, vroeger.
“Ik was anders dan andere jongens, een makkelijk doelwit. Jordan heeft het ook zwaar gehad, hij groeide op in de Biblebelt van Amerika. Hij mocht niet eens naar Prince of David Bowie op tv kijken, dat ging al te ver. Zo veel verhalen kwamen tijdens het maakproces naar boven, waarvan we beseften dat die een plek moesten krijgen op het album. We zetten een piano in de woonkamer en creëerden er een veilige bubbel, zoals ik dat vroeger thuis ook deed: op mijn kamer met mijn muziek, weg van de pesterijen. Daar kon mijn eigen verhaal bestaan.”
Hoe heb je je losgemaakt van het pesten?
“Ik denk niet dat ik er ooit los van ben gekomen. Daarom is het ook zo belangrijk om het erover te hebben en te bedenken hoe we er iets aan kunnen doen. Iets verzinnen om pesten te voorkomen, mensen dichter bij elkaar brengen. Nu nog steeds zijn die stemmen er soms: je moet je anders gedragen, anders staan, anders bewegen, anders kleden.”
Is dat een reflex?
“Ja, een tik bijna. Het heeft zicht vastgezet in mijn persoonlijkheid. Ik luister er minder naar, maar het zit nog wel in me.”
Wat voor vorm nam het pesten aan?
“Vooral negeren, niet tegen me praten, geen interesse tonen voor wat ik zei en deed. Ik was als een schaduw in de gangen van de school. Soms ook schelden, een trap, klap of duw. Eén keer liep het wat verder uit de hand. Dat was naar. Het liet letterlijk en figuurlijk littekens bij me achter.”
Kon je erover praten met je ouders?
“Thuis was het veilig, daar kon ik mezelf zijn. Ik ben altijd open geweest tegen mijn ouders, maar er was wel een limiet aan wat zij konden doen. Ze hebben me altijd gesteund, vroegen steeds hoe het met me ging, en als ik een keer thuis wilde blijven, was daar begrip voor.”
Het Songfestival en een regen van glitterconfetti nemen je trauma’s niet weg.
“Nee, precies. Dat zijn verschillende dingen. Het pesten heeft er misschien wel toe geleid dat ik daar stond, met die beker. Dus ik ben ook heel trots op wie ik ben, met de ups, downs, en zelfs de paniekaanvallen. Ik ben van iets meer melodramatisch naar een hoopvoller iemand gegaan, zowel in mijn muziek als in mijn dagelijks leven.”
Heb je de paniek kunnen bezweren?
“Ik voel me nu super. Omdat ik het een plek heb weten te geven. De angst, de paniek, ik accepteer het. Vaak maak je het groter dan het is. Daarbij ben ik me minder gaan aantrekken van wat anderen van me denken. Ik voel me nu enorm thuis op dat podium.”
Je minder aantrekken van wat anderen vinden, hoe doe je dat?
“Ik probeer het om te draaien en bij anderen op zoek te gaan naar hoe ik geïnspireerd kan raken. Neem iemand als de Britse zanger Sam Smith. Hen is een wereldster, die heel open is over diens lichaam en queer-zijn. In het begin dacht ik dat ik tegen iedereen aardig moest blijven, ook als ze vervelende dingen zeiden op social media. Nu denk ik: scrol toch lekker door.”
Het pesten leidde ertoe dat je op dat Songfestival-podium stond, zei je. Was het een drive?
“Jazeker. De eerste keer dat ik optrad was op school. Ik had niet zo veel vrienden. Van de conciërge had ik de sleutel van het muzieklokaal gekregen, zodat ik me daar lekker kon terugtrekken in de pauze. Ideaal, ik had er rust en een piano. Maar wat er gebeurde: andere leerlingen hoorden muziek uit het lokaal komen, staken hun hoofd om de deur. Langzaam maar zeker kwamen er steeds meer mensen bij. En later, na een natuurramp, wilden we optreden om geld op te halen voor de slachtoffers. Toen de school daar lucht van kreeg, vroegen ze ons om dat op school te doen. Dat was helemaal niet mijn bedoeling, dan moest ik voor al mijn pesters op het podium gaan staan… Dus ik zat daar en ik dacht: laat ik het maar doen. En toen veranderde er iets. Al die mensen die mij pestten, zagen ineens wat ik kon.”
Wat veranderde er?
“Ik was niet langer onzichtbaar. Op het podium werd ik ineens gezien en gehoord. Het pesten hield niet helemaal op, maar ik maakte wel vrienden, waardoor ik sterker in mijn schoenen stond. Eindelijk kon ik mezelf zijn en uitzoeken wie ik wilde zijn. Die periode heb ik ook ontdekt dat muziek mijn roeping is. Het optreden voor mijn pesters was zo’n omslag, zoiets magisch. Met muziek of kunst krijg je dat voor elkaar. Deze magie wil ik voortzetten. Muziek kan echt iets doen met mensen, dus ook leiden tot verandering en acceptatie.”
Dus wel een drive, maar geen middelvinger?
“Helemaal geen middelvinger. Ik hoop dat die pesters van toen wakker zijn geworden. Dat ze gelukkig zijn, en niet meer de behoefte voelen iemand anders dwars te zitten omdat ze zelf niet lekker in hun vel zitten.”
Hebben pesters gereageerd op je Songfestival-optreden?
“Heel veel mensen hebben gereageerd, maar van de pesters heb ik niets gehoord.”
De lockdown was niet alleen maar ellende voor je. Er stapte een man je leven in.
Lacht: “Toen ik een paar weken in Los Angeles was om muziek te schrijven, ontmoette ik Jordan. Terug in Amsterdam begon de lockdown. Mijn manager belde: ‘Trump sluit het luchtruim, als je terug wil naar LA, dan moet je nú gaan.’ Ik belde Jordan: ‘Als ik nu kom, mag ik dan bij jou blijven wonen zolang de lockdown duurt?’ Met het laatst mogelijke ticket ging ik zijn kant op. We kenden elkaar twee, drie weken op dat moment. Vanaf de eerste dag konden we ons al niet meer van elkaar losmaken. Ik ben bij hem ingetrokken en niet meer van zijn zijde geweken.”
Wat zorgde voor de klik tussen jullie?
“Dat weet ik nog steeds niet. Ik weet alleen dat de klik er meteen was. We doen alles samen, muziek, wonen, werken, de chemie is heel goed. Hij is mijn soulmate, en daar ben ik heel blij mee.”
Dat samenwerken, hoe gaat dat?
“We schrijven alle muziek samen. Jordan is goed met songteksten, ik ga melodieus te werk. We versterken elkaar daarin en leren veel van elkaar. Zo veel dat hij inmiddels ook vaker vanuit een melodie denkt, en ik vanuit tekst. Ik schrijf vaak hele verhalen uit, de emotie die ik in een song naar voren wil brengen. Daarin gaan we heel diep. De gesprekken die eruit voortkomen, de ervaringen en gevoelens die door het proces worden opgeroepen. Door zo kwetsbaar en open te zijn, leerden we elkaar in korte tijd goed kennen.”
Kan Jordan ook zingen?
“Heel goed zelfs, maar hij hoeft niet per se op het podium te staan. Misschien als studiomuzikant of tijdens het schrijven van songs. Verder zal het zich beperken tot de kinderen in slaap zingen, straks.”
Spreken jullie serieus over kinderen krijgen?
“Ja, ik heb altijd een vaderwens gehad, en Jordan ook. Het was mooi om elkaar daarin te vinden en erover te praten. In de toekomst zullen we kijken naar de mogelijkheden.”
Deze zomer gaan jullie trouwen: wie vroeg wie?
“Jordan heeft mij gevraagd. Het was midden in lockdown. Die periode heeft voor ons een enorme nostalgische lading gekregen. Omdat ik tijdens het Songfestival in Rotterdam moest optreden, keerde ik terug naar Nederland, waardoor ik Jordan maandenlang niet kon zien. Eenmaal samen in Amsterdam hadden we onze eigen thuisdisco. De gordijnen dicht, via YouTube filmpjes streamen met flitsende discolampen, wijntjes erbij, muziek aan en dan lekker losgaan met z’n tweetjes. Er waren avonden bij die zo bijzonder waren, waarop we ons zo verbonden voelden. “Is deze avond perfect?” vroeg hij op zo’n avond. “Ja, dit is perfect”, antwoordde ik. Daarna liep hij de woonkamer uit en bleef heel lang weg. Ik begreep er niets van. Had ik iets verkeerds gezegd of gedaan? Toen hij terugkwam, was hij helemaal zenuwachtig en had hij een doosje in zijn hand. Ooo, dát ging er gebeuren.” Stralende lach.
Is er al een datum?
“Nee, maar we weten wel al waar, in Zweden. Met alleen vrienden en familie. We gaan er een mooie, relaxte dag van maken. Trouwen is iets wat ik altijd al graag wilde. Om stil te staan bij de liefde, met je geliefden om je heen. En om te vieren dat je voor de rest van je leven trouw aan elkaar belooft en afspreekt dat je het met elkaar gaat doen. Daar heb ik altijd van gedroomd. Ik ben erg blij en dankbaar dat deze droom gaat uitkomen.”
Dit is Duncan Laurence
Duncan Laurence (geboren als Duncan de Moor op 11 april 1994) groeide op in Spijkenisse en studeerde aan de Rockacademie in Tilburg. In 2014 deed hij mee met The Voice of Holland, waarin hij de halve finale bereikte. In 2019 schreef Duncan geschiedenis door in Tel Aviv voor Nederland het Songfestival op zijn naam te schrijven. Het winnende nummer Arcade is een van de grootste Songfestival-hits ooit. Hij is verloofd met de Amerikaanse singer-songwriter Jordan Garfield, met wie hij deze zomer in het huwelijksbootje stapt.
Kijk mee op Libelle TV
Wanneer voelde Duncan Laurence zich voor het laatst angstig op het podium? Of ergerde hij zich aan opmerkingen op social media? In Wanneer heb je voor het laatst… op Libelle TV geeft Duncan antwoord op deze vragen. libelle.nl/wanneerhebjevoorhetlaatst
Styling: Sonny Groo. | Styling ass.: Chi Yen Lam. | Haar en make-up: Maaike Beijer. | Kleding: Frenken (colbert), COS (shirt), Ted Baker (broek), Ti Sento (sieraden), Daily Paper (pak), Asos (schoenen), Dante (top)