Femke – misselijk
‘Het leven is wat je gebeurt terwijl je andere plannen maakt’. John Lennon zei het, Acda en de Munnik vertaalden het en voor iedereen komt in zijn of haar leven wel zo’n moment dat het de enige uitspraak is die volledig op je van toepassing blijkt te zijn.
Zeven weken geleden plaste ik op een zwangerschapstest en bleek het voor de tweede keer raak te zijn. Ik had net in mijn column geschreven dat ik met mijn Boek bezig was en niet met een Baby en ineens lag alles toch weer heel anders.
Mijn gevoel ging compleet de andere kant op dan de eerste keer. Ik dacht: pas na twaalf weken ga ik nadenken. Of voelen. Reinier was het met me eens.
Maar natuurlijk: zo werkt het niet. Je kunt nóg zo bang zijn voor miskraam twee en de boel heel berekenend en verstandelijk benaderen… er sluipt toch gevoel naar binnen. En dus had ik het in week zes alweer over namen en manieren van opvoeden en bevallen in het ziekenhuis.
Ik verheugde me er enorm op om tijdens het maandelijkse etentje met mijn vrienden een fles champagne te bestellen en te zeggen dat ik zwanger was, mijn ouders zou ik zonder iets te zeggen onverwachts een echo in handen geven en op mijn werk zou het nieuws zeker weten met enthousiasme ontvangen worden. En toen ging ook dat weer heel anders.
Vanaf het allereerste begin had ik last van ochtendmisselijkheid, maar rond week zeven begon zich dat uit te breiden naar grotere delen van de dag. Het overgeven begon en stopte niet meer. Dus ik belandde thuis. Op bed.
En zo is het nu al weken. Inmiddels ben ik erachter dat ik hele kleine beetjes moet eten en dat voedsel alleen blijft zitten als ik heel stil blijf liggen. Als ik probeer een afwasje te doen, komt mijn hele lijf in opstand.
Op mijn werk zullen ze het nu wel weten, de helft van mijn vrienden heb ik gebeld en ook mijn ouders kregen al met acht weken een telefoontje van een wanhopige Femke die advies nodig had om eten binnen te houden.
Elf weken en twee dagen ben ik nu zwanger. Ik had het me anders voorgesteld. Vreugdevoller.
Maar ach, zolang dit kind rustig blijft zitten, verdraag ik het (maar nét!).
Lees ook Femke haar vorige column!