PREMIUMBreipatroon
Zo maak je deze raglantrui helemaal zelf
Zo’n fijngebreide trui met raglanmouw vraagt gewoon om een wandeling in de buitenlucht.
Raglantrui patroon 265-028
Maat S - M / L - XL
Modelmaten
Bovenwijdte 112/124 cm, lengte 60 cm
Materiaal
Langyarns Grace (zijde, kasjmier) 325/375 g = 13/15 bollen zilver 1058.0023. Langyarns / addi breinldn Nr 3½ en 4. 1 korte rondbrnld Nr 3½.
Download hier het patroon en de werkbeschrijving.
Patroon 1
Nldn Nr 3½: 1 kst, * 1 av st, r st *, van * tot * blijven herh, eindigen met 1 kst. In de volg nld de st br zoals ze zich voordoen. In toeren = 1 r st, 1 av st.
Patroon 2
Nldn Nr 4: r tricot = r op goede kant, av op av kant.
Patroon 3
Nldn Nr 4: halfpatentsteek, (oneven aantal st): 1ste nld goede kant: 1 kst, * 1 av st, 1 r st, hierbij 1 nld dieper insteken *, van * tot * blijven herh, eindigen met 1 av st, 1 kst. 2de nld av kant: 1 kst, * 1 r st, 1 av st *, van * tot * blijven herh, eindigen met 1 r st, 1 kst. De kst enkel op het einde van de nld br, bij het begin van de nld de kst afh.
Tip 1
Opvallende mind 1: rechterkant = 1 kst, 1 r st, 2 st r samenbr. Linkerkant = 1 overhaling (1 st afh, 1 r st br en de afgehaalde st over de gebreide st halen), 1 r st, 1 kst.
Tip 2
Opvallende mind 2: rechterkant = 1 kst, 2 st av samenbr. Linkerkant = 2 st av samenbr, 1 kst.
Proeflapje
Patroon II, Nldn Nr 4: 20 st = 10 cm
breed 31 nldn = 10 cm hoog
Patroon III, Nldn Nr 4: 20 st = 10 cm
breed 42 nldn = 10 cm hoog
Rugpand
150/166 st opz met nldn Nr 3½. In pat I br, met 1 r st beginnen. Op 3 cm van de opzet in pat II verder br, hierbij in de 1ste nld verdeeld 36/40 st mind = 114/126 st. Armsgat: Op 28/27 cm van de opzet (hangend meten) aan weersz 1x1 st afk. Aansluitend voor de raglan aan weersz elke 4de nld 19x1 st / 20x1 st opvallend mind (zie tip 1) = 74/84 st. Recht verder br. Schouders: op 58 cm van de opzet aan weersz elke 2de nld 4x4 st / 4x5 st afk. Hals: tegelijk met begin schouders de middelste 32/34 st afk en aan weersz hiervan elke 2de nld nog 1x3 st en 1x2 st afk.
Voorpand
Als het rugpand br.
Hals: op 52/51 cm van de opzet de middelste 18/20 st afk en aan weersz hiervan elke 2de nld nog 1x3 st, 2x2 st afk, 4x1 st en na 4 nldn nog 1x1 st mind (zie belangrijke aanwijzingen). De schouders op gelijke hoogte en wijze als bij het rugpand afk.
Mouwen
49/55 st opz met nldn Nr 3½. In pat I br. Op 2 cm van de opzet in pat III verder br, hierbij eindigen met 1 av st, 1 kst. Voor de mouwverbreding aan weersz elke 8ste nld 21x1 st meerd = 91/97 st. De nieuw gemeerderde st in pat III meebr. Op 45 cm van de opzet aan weersz 1x1 st afk. Aansluitend voor de raglan 11x/12x (afwiss 2x1 st elke 2de nld en 1x1 st na 4 nldn) opvallend mind (zie tip 2). Aansluitend nog 2x1 st elke 2de nld / 1x1 st na 2 nldn opvallend mind (= elke zijde totaal 35/37 st). Op 23/24 cm raglanhoogte de overbl 19/21 st soepel in het overeenstemmend pat afk.
Afwerking
Naden sluiten, hierbij de raglannaden met kleine steekjes naaien en het verschillend aantal nldn aanpassen. Halsboord: met de rondbrnld ca 106/114 st opnemen (rugpand = 49/53 st, voorpand = 57/61 st). 1 toer av en aansluitend in pat I rondbr. Op 3 cm boordhoogte alle st soepel in het overeenstemmend pat afk.