null Beeld

COLUMN: Femke dankt haar leven aan antidepressiva

"Zonder die pillen was ik er misschien ook niet meer geweest. Ongelooflijk vind ik dat", schrijft columnist Femke.

online redactie Libelle Daily

Op een zaterdagmiddag besloot ik om de boekenkast in de studeerkamer eindelijk eens in te ruimen. Na de verhuizing waren er verschillende dozen onuitgepakt gebleven. Ik hikte er al weken tegenaan, maar plotseling kreeg ik de geest. Binnen een uurtje had ik alle boeken van doos naar kast verplaatst. Toen de boel in nette rijen stond (nee, niet op alfabetische volgorde), viel me op dat Gimmick! van Joost Zwagerman en Toen ik je zag van Isa Hoes naast elkaar terecht waren gekomen. Een boek ván een man die er niet meer is en een boek óver een man die er niet meer is. Allebei depressief. Allebei uit het leven gestapt. Zo creatief, zo levend in onze hoofden, zo niet te ontkennen dood. Een gevoel van neerslachtigheid overviel me. Wat als… de juiste medicijnen? Wat als… een andere therapeut? Wat als… een ander beroep? Wat als… een net iets ander leven?

Bij mensen die er een einde aan maken, heb je altijd het gevoel dat ze misschien te redden waren geweest. Zelf ik, als ex-depressieveling, betrap mezelf op die gedachte. Maar misschien moet ik zeggen: juist ik. Ik bén namelijk gered. Uit mijn hoofd werd de zwarte wolk verjaagd; antidepressiva maakten voor mij het verschil. Zonder die pillen was ik er misschien niet meer geweest. Ongelooflijk vind ik dat. Met name omdat ik me op dit punt in mijn leven niet meer kan indenken hoe het exact voelde.

Depressie is als een bevalling. Nadat je het hebt meegemaakt, blokt je geest de pijn. Ik kan beschrijven hoe ik urenlang uit het raam zat te staren en dacht: waarom doet iedereen zo druk? Weten ze dan niet dat het hele leven compleet zinloos is? Waarom hebben zij wél de kracht om elke dag op te staan en zich door de dag heen te slepen en ik niet? Maar ik voel het gelukkig niet meer. De medicijnen (en een heleboel therapie) zorgden ervoor dat ik de energie en de levensvreugde kon vinden om af te studeren, werk te vinden, lief te hebben en een gezin te stichten. Dat ik lichtheid kon zien.

Dat ik het redde, zegt niks over anderen die het niet redden. Het is niet mijn verdienste en heeft niets met wilskracht te maken. Antidepressiva werken niet voor iedereen. Daarom vind ik het zo moeilijk als mensen zeggen: 'Hoe kon hij dat zijn kinderen aandoen?' Of: 'Wat een egoïstische daad!' Of: 'Hij had nog zo veel om voor te leven.' Het zijn allemaal loze opmerkingen en ze zijn vaak ook nog eens onwaar. Natuurlijk is het vreselijk als je vader (of moeder) niet meer wil leven, maar het is belangrijk dat mensen beseffen dat het geen welbewuste gezonde keuze is. Het is de ziekte die kiest, en die ziekte laat zich niks gelegen liggen aan de grenzeloze liefde die (ook depressieve) ouders voor hun kinderen voelen. Net zomin als elke andere, lichamelijke ziekte dat doet. De keuze voor het leven heeft in dit geval niks te maken met moed en ook niet met of je een klein of groot sociaal leven hebt, of je succes hebt en of je een extravert of introvert karakter hebt. Het maakt niet uit of je rijk en beroemd bent of bij de Voedselbank loopt. Depressie pakt mensen uit alle lagen van de samenleving. Hoe het komt dat de één er ontvankelijker voor is dan de ander, is nog altijd een mysterie. Is het aanleg? Is het erfelijkheid? Waarschijnlijk een combinatie.

Het belangrijkst om te onthouden, blijft: depressie is een ziekte waar de één wel aan onderdoor gaat en de ander niet. Het is een tergende lijdensweg. Zelf heb ik nooit actieve zelfmoord overwogen, maar ik dacht wel een tijdlang elke dag: als er nu een bus over me heen rijdt, ben ik er vanaf. Dat hardop zeggen, vond ik verschrikkelijk. Depressie speelt zich grotendeels in stilte af, omgeven door gevoelens van schaamte (ik ben een zwakkeling). Ga er niet aan voorbij, pak iemands hand, praat, luister en bel een arts. Het is moeilijk om naast iemand te staan die alles zo zwart ziet. De juiste woorden zeggen is eigenlijk ondoenlijk. Ik haatte het als een vriend zei: 'Kop op. Het gaat vanzelf weer over', want zo voelde het niet. Het voelde als een oneindig donkere put waaruit ik zelf nooit meer naar boven kon klimmen.

Toch kunnen naasten het grote verschil maken. Door je ervan te overtuigen dat in bed blijven liggen niet het antwoord is. Door een ritme te creëren, door iemand mee naar buiten te sleuren en vooral door ervoor te zorgen dat de depressieveling álle medische mogelijkheden benut. Ik ben het levende bewijs dat het zich ten goede kan keren.

null Beeld


Femke Sterken (35) is freelance journalist en columnist voor Libelle. Ze woont met Reinier en zoontje Max (2) in Amsterdam. Meer lezen van Femke? Haar andere columns vind je hier.

Beeld: iStock

Op alle verhalen van Libelle rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@libelle.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden