Libelle's Tara probeerde een proefles zumba: “Daar op de dansvloer zakte mijn zelfvertrouwen onder nul”
Libelle's Tara probeerde een proefles zumba. Ze kwam thuis met een gekrenkt zelfbeeld en het besef dat ze op de vriendinnen van haar moeder is gaan lijken.
Als bijdehante 12-jarige nam ik het me ooit voor: ik zou nooit zo worden als de vriendinnen van mijn moeder. Ik weet nog goed hoe hun gekakel vroeger de woonkamer vulde. Het ging altijd over één ding: diëten. Er werd geklaagd over zwembanden, klapkuiten en kipfilets. Koekjes werden doormidden gebroken, want alleen een halfje mocht. Binnen het uur ging het tweede halfje ook op, dat zag iedereen aankomen, want ja, het was toch wel erg lekker. Er werd gesproken over sportlessen, hardloopklasjes, maaltijdshakes, Weight Watchers en detoxen. Wat een gezeur, dacht ik als slierterig dunne tiener, ik ga echt nóóit op dieet.
Newsflash: ik ben op dieet. Ik ben 15 jaar, 20 kilo, een doorgeslagen liefde voor Thuisbezorgd en een flinke portie zwaartekracht verder. Ik heb detoxdagen achter de rug, shakes gedronken met mijn neus dicht (want: vies), calorieën geteld, voor fitnessabonnementen betaald zonder ooit te gaan, en ik eet halve koekjes keer twee. Ik ben precies zo geworden als de vriendinnen van mijn moeder.
Dieet Dames
Alsof dat nog niet alles is, heb ik gisteren niveau 12 bereikt op mijn zelfbedachte schaal der Dieet Dames. Ik heb een proefles zumba gedaan. Ik zal er niet omheen draaien: het was een marteling. Niet omdat de work-out nou zo slopend was, ik me rot heb gezweet en wakker werd met enorme spierpijn (oké, ook!), maar vooral voor mijn zelfbeeld was het een marteling.
Een sporttas vol zelfmedelijden
Die ochtend al werd ik wakker met een nerveus gevoel: getver, ik heb me voor zumba opgegeven. Waaaaarom (er zijn niet genoeg a’s op de wereld om weer te geven hoe sterk ik me dit afvroeg) heb ik mijzelf dit aangedaan? De rest van de dag heb ik drie keer tegen mijn vriend gezegd dat ik geen zin had in zumba en twee keer heb ik een collega klagend verteld dat ik naar de zumba zou gaan en echt geen zin had. Toen ik mijn sporttas zocht en achterin de kast vond met een laag stof erop werd mijn ‘waarom’ die dag toch nog een beetje beantwoord. Ook toen ik mijn oude sportbroek aandeed en ik een kwab verse coronakilo’s (vers van de pers, uit eigen kweek) boven de rand aantrof. En zo vertrok ik om stipt 19.00 uur met een tas vol zelfmedelijden en zeer ongebruikte sportschoenen richting de sportschool.
Was ik maar onzichtbaar
Ik was er nog nooit geweest, bij die sportschool. Tegen de vrolijke vrouw achter de balie zei ik zachtjes, alsof ik haar een geheim vertelde, dat ik voor een proefles zumba kwam. Ze wees me de kleedkamers en de zaal waar de groepslessen gegeven worden. Terwijl ik erheen sjokte, fantaseerde ik over hoe heerlijk het zou zijn om op dit soort momenten onzichtbaar te zijn.
Les van Love
Eenmaal in de zaal veranderde die stille fantasie in een diepe wens. Ik zag mensen druk met elkaar kletsen en besloot in een hoekje plaats te nemen. Ik zag dat ik waarschijnlijk de jongste was, maar lang niet de fitste. Ik zag dat sommigen van hen naar me keken en zagen dat ik nieuw was. Toen kwam de zumba-instructeur binnen. Een man met de naam Love, van wie later zou blijken dat hij meer in touch met zijn feminine side is dan ik ben, en beter kan twerken dan ik in mijn dromen. “Is er iemand nieuw vandaag?”, vroeg Love aan de zaal. Ik stamelde dat ik dat was. “Kom dan maar helemaal vooraan staan, dan kun je het beter zien.” Onzichtbaar wilde ik zijn, of gewoon morsdood, op dat moment kon het me niks meer schelen.
Mijn oncharmante spiegelbeeld
Ik dacht dat ik vooraan staan vooral vreselijk zou vinden omdat iedereen dan naar je kijkt. Dat wás ook vreselijk. Maar het ergste vond ik mijn uitzicht: mijn eigen spiegelbeeld dat ik op zeer oncharmante wijze over de dansvloer zag bewegen, nét niet in de maat. Het zag er niet uit! Waar ik hoopte als zumba-talent uit de verf te komen en de hele avond te schitteren, waren het vooral de coronakilo’s die ik in volle glorie zag schitteren. Bij elke sprong, elk hupsje en elke twerk. Mijn zelfvertrouwen zakte nog dieper onder nul.
Bij thuiskomst vertelde ik mijn vriend hoe ik het gevonden had. “Dus je gaat niet meer”, concludeerde hij. “Jawel”, zei ik, als deze ervaring me iets had geleerd was het dat ik volgende week weer móést gaan, dit kon zo niet langer. Hij keek me aan met de blik waarmee ik vroeger naar de Dieet Dames a.k.a. de vriendinnen van mijn moeder keek. Kon ik nu maar even met ze praten, zij zouden me begrijpen.