PREMIUMColumn
Sylvia: “Misschien hadden mijn zoon en schoondochter die corona wel gewoon verzonnen”
Ze is getrouwd, heeft een dochter (23), twee zoons (19 en 17) en katten Lola en Siepie. Deze week schrijft Sylvia Witteman (55) over coronabesmettingen door feestjes.
Ik geef het eerlijk toe: we werden de laatste tijd wat nonchalant met de coronamaatregelen. Opa en de beide oma’s waren al gevaccineerd, huisgenoot P en ik hadden een afspraak voor de eerste prik en de kinderen hadden ongetwijfeld allang corona gehád, opgelopen op een van die talloze lockdownfeestjes. (“Neehee, mam, dat ís geen feestje. We zijn maar met zijn vieren. Nou ja, hóóguit zes of zeven man, maar Ties en Jack en Amber hebben het al gehad, met officiële test en al, dus die tellen niet. En Sarah en ik hebben het vrijwel zeker gehad, vorig jaar maart, weet je nog, toen we zo ziek terugkwamen van skivakantie? Toen er nog niet getest werd? Nou dan. Zeur niet zo. Dit ís dus geen feestje.”) “Ja, ja...”, zei ik. Zelf nemen we het ook niet zo nauw, we dragen elkaars mondkapjes, onze beste vrienden omhelzen we weer, zeker na een paar glazen wijn, en handen wassen na het boodschappen doen? Meestal vergeten we dat. Nou ja...
Sneltest
Maar op een mooie ochtend, een week geleden, zei mijn zoon in de keuken: “Mama. Sarah is positief getest.” Sarah is zijn vriendin. Sarah, die het “al had gehad”. Sarah, die geregeld bij mijn zoon in bed slaapt. Ik deinsde achteruit. “Ga uit mijn keuken”, riep ik vanuit het hoekje bij de magnetron. “Niet hoesten. Niet ademen. Ga naar je kamer, met je aerosolen, ik schuif zo een sneltest onder je deur door.” Oók positief, natuurlijk.
Door zijn kamerdeur heen schold ik hem uit. “Zie je nou wel! Die stomme feestjes. Moet je oude moeder op de valreep nog aan de beademing belanden?” Toen ik uitgefoeterd was, kwam het nog in me op om te vragen hoe hij zich voelde. Hij voelde zich prima. Sarah ook. Niets aan de hand. “O, mama? Mag Sarah dan híer op mijn kamer in quarantaine? Anders is het zo ongezellig...” Nou, vooruit dan maar. Daar was Sarah al.
Eieren met spek, toast en sinaasappelsap
Uit mijn zoons kamer kwamen spoedig feestelijke geluiden van muziek en gelach. En daarop volgde een appje. “Mama, we hebben honger! We kunnen mijn kamer niet uit, we willen jullie niet besmetten... doe maar eieren met spek, toast en sinaasappelsap.” Nou, wat doe je dan, met je moederhart? Die stakkers zijn immers nog in de groei. Het spek siste al in de pan.
Een week lang heb ik drie keer per dag een dienblad met lekkernijen voor de deur gezet voor twee pubers die zich totaal niet ziek voelden en het er goed van namen, samen op die kamer. En daar gíng weer een schaal gehaktballen naar boven, of een berg pasta carbonara. Gezellige bordjes salade ernaast, toetjes, net als in een restaurant. En een lol dat ze hadden! Series kijken, lachen en praten tot diep in de nacht. Na een week zonder verschijnselen stuurde ik ze maar weer eens naar school. Terwijl ik de ravage in hun kamer met lede ogen aanzag, bedacht ik: misschien hebben ze die corona wel gewoon verzonnen. Om een weekje lekker te worden verwend. Nee, zoiets zouden ze nooit doen. Toch?