PREMIUMPsychologie
Dit zeg je tegen iemand die rouwt (en dit liever niet)
‘Kop op’ en ‘Hou je taai’ kun je beter vermijden. Een pan soep brengen en een luisterend oor bieden zijn wel een goed idee. Tips van (ervarings)deskundigen over wat je kunt doen voor iemand die rouwt.
Dit verhaal begint met een eenvoudige vraag op Facebook: Wat zeggen jullie tegen iemand die in de rouw is? En voor de ervaringsdeskundigen: welke woorden of acties van anderen hebben jullie ooit geholpen, of helpen nog steeds? Al na een paar minuten stroomden de eerste reacties binnen. Variërend van “Ik was dankbaar voor alle kaartjes” en “Ik zeg meestal: veel sterkte”, tot “Ik zoek altijd een persoonlijk gedicht uit” en “Als ik de persoon goed ken, ga ik langs en breng soep mee.” Vrijwel alle antwoorden waren welgemeend en vol eigen ervaringen, maar de reactie van Ingrid sprong eruit: “Ik hoor vaak dat er dingen zijn die je wel en juist niet moet zeggen. Daar word ik best onzeker van. Want als het op andermans rouw aankomt, wil ik niemand teleurstellen of voor het hoofd stoten. Maar hoe voorkom je dat?”
Wanneer vrienden, familie of collega’s rouw ervaren, wil je natuurlijk graag het juiste zeggen of doen. Maar hoewel dood, verlies en rouw ons vroeg of laat allemaal raken, roept het nog steeds veel ongemak op. Wat zeg je als een collega ernstig ziek blijkt te zijn, de vader van een kind op school is overleden of als een vriendin vertelt dat ze niet lang meer te leven heeft?
“Het kan erg lastig zijn om bij rouw, of naderende rouw, de juiste woorden te vinden, en om er op cruciale momenten echt voor de ander te zijn”, zegt emeritus hoogleraar verliesverwerking Manu Keirse. In zijn boek Helpen bij verlies en verdriet schrijft hij dat dit ongemak vooral komt omdat we niet hebben geleerd hoe we op de dood moeten reageren. “Sterven en verlies zijn verdwenen uit de intieme sfeer van de woonkamer en verplaatst naar ziekenhuizen en zorgcentra. Door de sterk verbeterde geneeskunde sterven we tegenwoordig over het algemeen op veel hogere leeftijd dan vroeger. Als je in de krant iets over andersoortige sterfgevallen leest, zijn dat vaak verschrikkelijke gebeurtenissen zoals moord, terreur of zware ongelukken. Hoewel de dood een normaal onderdeel van ieders leven is, is onze relatie ermee verkrampt geraakt.”
Ingewikkeld
Daisy van Sommeren (37) weet dat uit eigen ervaring. Voorjaar 2020 verloor zij onverwacht haar zoontje Tobias na een zwangerschap van 24 weken. Na de ziekenhuisbevalling mocht zij hem mee naar huis nemen. Maar wel via het mortuarium, met een doek over het gezicht van haar baby. “Dat schreef het ziekenhuis zo voor, maar ik vond het heel erg. Want mijn zoontje leefde niet, maar hij was nog steeds mijn kind en ik was heel erg trots op hem. Eenmaal thuis nodigde ik mensen uit om naar hem te komen kijken. Mijn man en ik hadden ervoor gekozen om Tobias op te baren in water, zodat hij er tot aan zijn crematie goed bleef uitzien. Maar ik merkte al snel dat ons bezoek het ook spannend vond om langs te komen. Ik begreep dat wel hoor, het wás ook een diepverdrietige situatie. Maar als moeder deed het mij pijn. Vooral omdat het excuus ‘ik herinner mij hem liever zoals hij was’ niet opging. Dit was de enige kans op die herinnering.”
Nu veroorzaken perinatale sterfte en het verlies van een kind sowieso de zwaarste en ingewikkeldste vormen van rouw die een mens kunnen overkomen in het leven, ook voor omstanders, zegt rouwexpert Manu Keirse. Maar als hij aan mensen vraagt hoe ze in andere gevallen reageren op groot verlies bij een bekende hoort hij nog steeds vaak: “Ik zou wel langs willen gaan, maar ik durf niet. Want ik weet niet wat ik dan moet zeggen.” Keirse: “Mijn boodschap is: kom niets brengen, maar luister naar wat de ander te vertellen heeft. Begin er niet over hoe het gaat, maar vraag: ‘Vertel eens hoe jouw afgelopen dagen en uren verlopen zijn?’ Daarmee zeg je dat je aan iemand gehecht bent en bereid bent om te luisteren. Dat is een andere insteek, hier kunnen mensen op ingaan en het helpt altijd.”
Zo maak je het erger
Toen de Amerikaanse Sheryl Sandberg in 2015 op vakantie in Mexico plotseling haar echtgenoot Dave (47) verloor na een hartaanval in de sportschool, veranderde haar wereld compleet. Het stel, ouders van twee kinderen, had altijd een druk sociaal leven gehad.
Na Daves dood leek het wel alsof Cheryl ineens een geestverschijning was geworden. “Op het schoolplein zeiden andere ouders nauwelijks nog iets tegen me uit angst om uit de bocht te vliegen. Op mijn werk leek het soms wel alsof ík ieder moment kon overlijden. Door dat soort goedbedoelde maar onhandige reacties ging ik me alleen maar eenzamer voelen.” Om andere rouwenden te steunen schreef andberg het zelfhulpboek Optie B – Confronteer tegenslag, bouw veerkracht, en vind geluk. Daarin onderscheidt ze twee typen reacties bij slecht nieuws zoals rouw, maar bijvoorbeeld ook bij de aankondiging van een ernstige diagnose, een ongeluk of ontslag. Het eerste type is de ‘eenzaamheidsverdubbelaar’. Deze maakt de ontreddering onbedoeld groter, en dat gaat subtieler dan je misschien zou denken. Want zwijgen kan pijnlijk zijn, maar sommige goedbedoelde opmerkingen zijn dat ook. Sandberg: “Als mensen aan mij vroegen wat ze konden doen, had ik geen pasklaar antwoord paraat. Mijn verzoek was: ‘Kun je Vaderdag voor mij laten verdwijnen?’, maar daarmee kon natuurlijk niemand iets.”
Verbinding
Kort na de uitvaart van haar zoon Tobias werd Daisy van Sommeren door een kennis al op het hart gedrukt dat haar kind ‘misschien wel heel ongelukkig was geworden.’ Daisy: “Inmiddels weet ik dat ik had kunnen antwoorden: ‘Wat bedoel je precies? Dit doet mij pijn en het helpt niet.’ Maar op dat moment voelde ik alleen een mix van verdriet, woede en verbijstering, waardoor ik niets terugzei.”
Gelukkig zijn er ook opmerkingen die wel een begin kunnen zijn van menselijke verbinding en troost, weet Sandberg. Zoals bij ‘de opener’, het tweede type reactie dat zij beschrijft. Deze persoon zet de ervaring van de rouwende centraal. De mogelijkheden voor die verbinding zijn eindeloos. “Net zoals er niet maar één manier is om rouw te ervaren en te verwerken, is er ook niet maar één goede manier om een ander te steunen. Aandacht en je samen overgeven aan de situatie zijn daarbij altijd waardevol. Als iemand zegt: ‘Ik weet dat je door iets verschrikkelijks heengaat, ik kom je vanavond eten brengen, oké?’, kan dat zo’n opening zijn. Juist als jullie allebei even sprakeloos zijn.”
Lezen:
•• Ik weet niet wat ik zeggen moet – Hoe praat je over dood, verlies en rouw, Rob Bruntink en Mariska Overman, € 19,99 (Uitgeverij Ten Have).
•• Ik ben er – 111 praktische tips om te helpen bij rouw, Annemiek Dogan € 24,99 (Uitgeverij Zilt).
Luisteren:
•• de podcasts Dag voor Dag van journalist en ervaringsexpert Liesbeth Rasker en Ik mis je van omroep EO.
•• Speciaal voor kinderen: de podcast Het Klokhuis over dood en afscheid.
•• Daisy van Sommeren organiseert onder meer concerten rondom rouwverwerking en het leven na het verlies van een kind.
Meer info op altijdverbonden.nl.
Band versterken
Hoe graag we het ook anders zouden willen, als het op de dood aankomt, staan we eigenlijk allemaal met onze mond vol tanden, zegt Manu Keirse. Wie dat accepteert en toch verbinding zoekt, kan de band versterken. Het begint allemaal met meer kennis over verdriet. “Mensen moeten weten dat rouw overleven emotionele arbeid vraagt die veel tijd kost. Daar kunnen we elkaar bij helpen of voor de voeten lopen. Alles wat we doen om dat uit de weg te gaan, verlengt het rouwproces. Sommige mensen komen van de rouw in de kou terecht als het verlies wordt doodgezwegen. Want die lege plaats blijft. Iemand doodzwijgen is nog erger dan de dood zelf, vind ik. Het is niet nodig om bang te zijn voor de grote gevoelens die de dood met zich meebrengt. Misschien ben je bang om samen te huilen, terwijl het juist prima is om een ander in jouw bijzijn te laten rouwen en erbij te zeggen dat je dat helemaal niet erg vindt.” Die openheid gaat ook over het levend houden van de herinneringen aan de persoon van wie je hield, weet Daisy van Sommeren. “Na de dood van Tobias vond ik het best moeilijk om mijn gevoelens te delen. Pas toen ik mezelf de gedachte toestond dat het leven niet meer zou worden zoals het ooit was, kon ik zachter en milder worden naar mezelf, en daardoor ook naar anderen.” Ze ging vervolgens veel alleen wandelen en naar muziek luisteren. “Niemand zei dan de verkeerde dingen, de pijn en het verdriet konden er gewoon zijn. Goedbedoelde opmerkingen vielen minder snel verkeerd, merkte ik. Als het wel gebeurde, kon ik er krachtiger en rustiger op reageren. Dat ging langzaam, er zijn nog steeds dagen waarop mijn rouw er is. Die pijn kan niemand voor mij oplossen, dat verwacht ik ook niet. Maar als je eraan toe bent, kun je wel met mensen die je vertrouwt onderzoeken hoe je samen dat ene vreselijke kunt proberen te overleven. Dat helpt en het kan, heb ik gemerkt. Zelfs als er eigenlijk nooit goede woorden voor zijn.”
Wat zeg je wel?
- Condoleer - Hardop ‘gecondoleerd’ zeggen kan misschien formeel overkomen, maar het is een correcte reactie en voorkomt een pijnlijke stilte. Hoe je het zegt, kan het verschil maken. Leg bijvoorbeeld kort een hand op een bovenarm en maak rustig oogcontact. Als je de overledene niet kent, kun je zeggen: “Je sprak altijd zo aardig/leuk/vrolijk over hem/haar, laten we dat binnenkort nog eens doen.”
- Spreek de naam van de overledene uit - Zeg bijvoorbeeld: “{naam van de overledene} was een geweldig persoon.” Ook mooi: deel een persoonlijke herinnering aan degene, bijvoorbeeld op de condoleancekaart. Tip: zet de sterfdatum in je agenda of maak een speciale ‘verdrietkalender’ en stuur een jaar later een kaart of een berichtje waarmee je laat weten dat je aan de ander denkt. Ook na jaren wordt dit gebaar vrijwel altijd gewaardeerd.
- Laat de achterblijvers weten dat je er voor ze bent – Dat kan ook via een appje of een telefoontje. Doe wel wat je belooft, als je zegt dat je er voor iemand wil zijn. Leg het initiatief niet bij de rouwende.
- Praktische hulp - Breng een ovenschotel langs die alleen nog even opgewarmd hoeft te worden, ruim de afwasmachine uit, doe een boodschap of breng de kinderen naar school. Blijf niet te lang, maar herhaal dit soort acties wel, het liefst op vaste momenten.
- Bied een troostende schouder - Vooral in de weken en maanden na de uitvaart. Een knuffel of een blik van verstandhouding kan ook helpen. Fijne opmerkingen zijn: “Ik mis hem of haar ook”, “Ik rouw met je mee” en “Ik hou van je, jouw verdriet is mijn verdriet.”
En dit liever niet
- Pas op met eigen ervaringen – Maak geen opmerkingen als: “Ik weet precies hoe je je voelt”, “Het leven gaat door” en “Weet je wie er ook dood is?” Door een ernstige ziekte een ‘strijd’ te noemen, begeef je je op glad ijs. Het suggereert dat de overledene niet hard genoeg heeft ‘gevochten’.
- Vermijd de gebiedende wijs - Adviezen als: “Zoek troost bij elkaar” en “Koester je kinderen” kunnen onbedoeld (te) dwingend overkomen. Goedbedoelde clichés als ‘kop op’ of ‘hou je taai’ maken iemand ook niet sterker. Zeg liever: “Dit is vast heel moeilijk voor je” of “Zullen we volgende week een wandeling maken en erover praten?”
Bron: Just Show Up. Sheryl Sandberg On How To Help Someone Who Is Grieving, npr.org, April 25, 2017