null Beeld

PREMIUM

Willeke: “Ik kijk naar mijn afgekloven nagels en wens dat ik ergens anders ben”

Charlotte Remarque

Willeke voelt zich onprettig op school. Ze heeft nog steeds niet met Alicia gepraat.

Donderdag 10 februari

Het gedoe op school is nog steeds niet overgewaaid. De fut is er bij mij helemaal uit, afgelopen maandag heb ik zelfs de schoolkrantvergadering afgezegd. Het bleef stil in de appgroep, ik denk dat ze hoe dan ook niet waren gekomen. Dan had ik daar in mijn eentje gezeten. Mij niet gezien. Met Alicia heb ik nog steeds niet gepraat, en as we speak maakt ze er een heel punt van dat ze niet met mij wil samenwerken aan een groepsproject.

Met ongeloof kijk ik hoe ze haar tas van de tafel grist en het lokaal uit beent. We werden zojuist willekeurig ingedeeld en zodra de docent voorlas dat wij samen ons project moesten maken, stond Alicia op om weg te gaan. Nu gaat de docent achter haar aan en voelt het alsof de hele klas naar mij kijkt. Ik kijk alleen maar met volle concentratie naar mijn afgekloven nagels en wens dat ik heel ergens anders ben. Op papa’s boerderij, tussen de dieren en de groentes, waar niemand mij een stom wijf vindt.

De docent komt terug met Alicia en roept mij naar voren. Ze zegt zachtjes dat Alicia zich niet veilig voelt. Ze zegt dat ze het prima vindt als we niet kunnen samenwerken, maar dat we dan wel zelf een andere projectpartner moeten vinden. Verslagen luister ik naar haar en kijk de klas rond. Ik zoek oogcontact met Benny. Benny heeft ook moeite met de groep, die moet toch wel begrijpen hoe het is? Ik kijk smekend in diens ogen en er hoeft verder niets gezegd te worden, Benny begrijpt het. Zonder al te veel problemen ruilen Benny en Alicia van plek.

Ik ben zo opgelucht om even geen vijandigheid te voelen en dankbaar sla ik een arm om Benny’s nek. “Kom je eten vanavond? Dan kunnen we meteen even de taken verdelen.”

“Gezellig”, zegt Benny, “even mijn ouders appen of het oké is.”

“Mijn oma komt wel eten met haar vriend. Het zijn lieve mensen maar wel... oud, en zo. Misschien begrijpen ze jou niet helemaal.” Ik maak een vaag gebaar naar Benny’s androgyne uiterlijk.

Benny haalt diens schouders op. “Tja. Ik vind het niet zo erg. Mijn eigen moeder zegt ook nog steeds stoere meid tegen me.”

Zondag 13 februari

Ik loop naast papa door het dorp dat in de buurt van de zorgboerderij ligt. Het is een schattig dorp, de zon schijnt en het voelt alsof de lente niet ver weg meer is. We moeten naar de ijzerwarenwinkel, papa heeft wat spulletjes nodig om de kas op te knappen. Myrthe gaat van alles kweken dit jaar. Haar puppy is al flink groter geworden sinds kerst en loopt netjes naast papa, ook al is hij niet aangelijnd.

”Moet Nijntje niet aangelijnd?” vraag ik.

“Nee hoor”, zegt papa, “we zijn hem flink aan het trainen. Hij reageert heel goed op commando’s.” Hij tikt Nijntje zachtjes op het hoofd en zegt: “Ga maar, jongen.” Nijn schiet vooruit en holt met grote sprongen over de stoep naar het einde van de straat, waarbij zijn lange oren stuiteren als slappe vleugels. Zodra papa fluit remt Nijn af, nog even slippend als een stripfiguur, en rent dan meteen terug om rustig naast ons te lopen.

“Goh”, zeg ik, en ik denk aan het stuk pizza dat Arie van de week uit een opengescheurde vuilniszak trok. Voordat ik überhaupt de lijn strakker kon trekken had ze deze al in één hap opgegeten, het maakte niet uit hoe hard ik haar naam riep. Het was nooit in me opgekomen dat Arie slecht opgevoed is. Maar goed, wie heeft er zin om dat slechte nieuws aan mama vertellen? Mij niet gezien.

Meer lezen van Willleke? Dat kan hier!

Willeke is de kleindochter van Anne-Wil en de puberdochter van Manon. Iedere week houdt ze een dagboek bij voor Libelle.

Op alle verhalen van Libelle rust uiteraard copyright. Linken kan altijd, eventueel met de intro van het stuk erboven. Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@libelle.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden